Wat is het?
De gewone adder (latijnse naam: vipera berus) is de enige giftige slang die in België voorkomt. Haar gif kan diep in de weefsels doordringen. De ernst van de beet hangt af van de hoeveelheid gif dat werd geïnjecteerd. Er kan ook sprake zijn van een droge beet (zonder gifinspuiting).
Het gif van de adder bevat meerdere stoffen. Sommige veroorzaken weefselbeschadiging, andere beïnvloeden de bloedsomloop en de bloedstolling. De symptomen kunnen dus zeer wisselend zijn.
Meestal blijft het bij lokale symptomen op de bijtplaats, maar sommige slachtoffers vertonen ook ernstige veralgemeende symptomen. In 1 à 2 % van de gevallen is een adderbeet fataal.
Hoe vaak komt het voor?
Een beet van de gewone adder is zeldzaam in België. In onze streken komt de adder enkel voor in het hoge Maasbekken en de Antwerpse Kempen. Het zijn mensschuwe dieren.
Het antigifcentrum ontvangt jaarlijks maximaal een vijftal oproepen i.v.m. een mogelijke adderbeet. Jaarlijks worden wellicht onterecht enkele gevallen toegeschreven aan de gewone adder door verwarring met de ringslang (Natrix Natrix) of de gladde slang (Coronella austriaca). Deze soorten zijn niet giftig en komen ook in onze contreien voor.
Bij 3 op 4 slachtoffers treden slechts lokale symptomen op; 1 op 4 daarentegen vertoont meer ernstige vergiftigingsverschijnselen. De laatste jaren werd in ons land geen enkele adderbeet met dodelijke afloop gerapporteerd.
Hoe kun je het herkennen?
Er ontstaat lokale zwelling en intense pijn ter hoogte van de beet. De huid krijgt een donkerpaarse kleur en er verschijnen kleine bloedstortingen rond de bijtplaats. Na 2 tot 3 dagen trekt dit langzaam weg.
Daarnaast kunnen ook algemene symptomen voorkomen. De belangrijkste zijn:
- stoornissen van het maagdarmstelsel (misselijkheid, braken, buikpijn en diarree);
- stoornissen van het hart- en bloedvatenstelsel (versneld hartritme, lage bloeddruk, hartritmestoornissen, problemen met de bloedstolling waardoor spontaan blauwe plekken verschijnen…);
- ademhalingsproblemen;
- nierblokkage met verminderde urineproductie;
- ernstige) allergische reactie op bestanddelen van het gif, zoals veralgemeende huiduitslag met jeuk en zelfs shock;
- stoornissen van het centraal zenuwstelsel met hoofdpijn, bewustzijnsvermindering en stuipen.
Sommige problemen treden pas later op. Zo kan er een (ernstige) infectie van de bijtwonde optreden. Er kunnen blaren ontstaan, en de huid kan zwart kleuren en afsterven (necrose). De aangedane huid kan gedurende enkele maanden verkleurd blijven. Soms gebeurt het dat het gif gedurende verschillende maanden gevoelsstoornissen geeft t.h.v. de ledematen.
Hoe stelt je arts de diagnose?
De arts zal de bijtwonde inspecteren en de graad van vergiftiging trachten in te schatten. Een ‘droge’ beet geeft slechts matige pijn op de plaats van de beet, zonder zwelling. Zelfs inspuiting van een kleine tot matige hoeveelheid gif kan zeer intense pijn geven met een (uitgebreide) zwelling, en soms ook blaasjes rond de bijtplaats.
In de uren na de beet kan er gevaar zijn voor een bloeddrukval en kunnen veralgemeende symptomen optreden zoals algemene zwakheid, buikpijn en braken.
Bij een ernstige vergiftiging breidt het oedeem zich uit naar de romp, en ontstaan er bloeduitstortingen t.h.v. de huid, maar ook in het maagdarmstelsel en de luchtwegen. Dat is een zeer ernstige en levensbedreigende situatie.
Wat kun je zelf doen?
Het is niet aangewezen om het gif uit de wonde of het bloed proberen te zuigen, zelfs niet met een zuigapparaatje. Het gif zit immers diep in het weefsel.
Wel belangrijk zijn volgende maatregelen:
- Kalmeer het slachtoffer, want opwinding en onrust zorgen ervoor dat het gif zich sneller verspreidt;
- Ontsmet de bijtwonde: eerst wassen met water en zeep, nadien een ontsmettingsmiddel gebruiken;
- Immobiliseer het aangedane lidmaat met een spalk en breng het in hoogstand. Dat verlicht de pijn en beperkt spierbewegingen;
- Verwijder alle zaken die kunnen afknellen (ringen, armbanden, knellende kledij of schoenen,…);
- Paracetamol, indien voorhanden, zorgt voor pijnstilling. Vermijd aspirine en ontstekingsremmers omdat ze een effect hebben op de bloedstolling;
- Breng het slachtoffer zo snel mogelijk naar het ziekenhuis.
Loop je risico op een adderbeet, dan zijn cortisonetabletten mogelijk nuttig om bij te hebben. Ze zouden de kans op een ernstige allergische reactie verminderen. De werkzaamheid ervan is wetenschappelijk echter niet aangetoond.
De aanleg van een knelverband wordt afgeraden gezien het risico op verergering van de letsels.
Wat kan je arts doen?
Elke slangenbeet wordt in het ziekenhuis behandeld. In afwachting kan de arts de bijtwonde ontsmetten en eventueel een dosis cortisone toedienen.
In het ziekenhuis volgt men het slachtoffer gedurende minstens 6 uur op. Kinderen zijn kwetsbaarder voor het gif. Een adderbeet bij een kind vraagt een opname in het ziekenhuis met intensieve opvolging.
Tijdens de eerste dagen zijn vochttoediening en opvolging van de vocht- en zoutbalans het belangrijkste. Intensieve ondersteuning van de vitale lichaamsfuncties is soms nodig, evenals behandeling met rode bloedcellen, bloedplaatjes, stollingsfactoren…
Bij tekenen van infectie worden eventueel antibiotica toegediend.
Pijnbestrijding is belangrijk. Paracetamol is hierbij de eerste keuze. Ontstekingsremmers en aspirine zijn te vermijden.
Bij een matige tot ernstige vergiftiging wordt zo snel mogelijk slangenantiserum toegediend. Soms gebeurt dat samen met cortisone om allergische reacties te voorkomen.
De arts zal de tetanusvaccinatiestatus nagaan en zo nodig een herhalingsinenting geven, al dan niet aangevuld met tetanusantistoffen.
Na behandeling met antiserum of ingeval van ernstige symptomen plant de arts 1 à 2 weken na de beet een controle in.
Meer weten?
http://www.antigifcentrum.be/natuur/dieren/adderbeten