Wat is het?
We spreken van herhaalde miskramen wanneer drie of meer opeenvolgende zwangerschappen eindigen in een spontane miskraam.
In ongeveer 50% van de gevallen is de oorzaak onbekend of is het toeval. Zelfs na 3 opeenvolgende miskramen is bij meer dan 60% van de vrouwen de volgende zwangerschap wel succesvol.
De voornaamste oorzaken zijn:
- Genetische en chromosomale afwijkingen: 5% van de ouders vertoont een chromosoomafwijking. De chromosomen zijn de dragers van onze erfelijke eigenschappen. Bij sommige afwijkingen is een normale ontwikkeling onmogelijk. Bij een vroege miskraam (vóór de 10e zwangerschapsweek) heeft tot 60% van de foetussen een afwijking van een of meerdere chromosomen.
- Hormonale stoornissen en aandoeningen die de stofwisseling beïnvloeden zoals een te traag werkende schildklier, een slecht geregelde diabetes, extreme zwaarlijvigheid.
- Afwijkingen van de baarmoeder komen voor bij 10 tot 15% van de vrouwen. Het kan gaan om een aangeboren afwijking, om een ruimte-innemend proces (myoom, poliep of tumor) dat de inplanting of groei van de vrucht verhindert, of een afwijking van de baarmoederhals.
- In 15 tot 19% van de gevallen is een stollingsstoornis met verhoogde kans op trombose de oorzaak.
Infecties spelen geen belangrijke rol in het ontstaan van miskramen.
Hoe vaak komt het voor?
Van alle bevestigde zwangerschappen eindigt 15 tot 25% op een miskraam; 5% van de vrouwen heeft 2 miskramen en minder dan 1 à 3% van de vrouwen 3 of meer. Van alle miskramen vindt 75% plaats voor de 13e zwangerschapsweek.
Met toename van de leeftijd stijgt het risico: 1 op 3 zwangerschappen bij vrouwen ouder dan 40 jaar eindigt op een miskraam.
Welke onderzoeken zijn nodig?
Na 2 miskramen wordt onderzoek gestart om de onderliggende oorzaak te achterhalen. Je arts maakt daarom een uitgebreide balans op: leeftijd, levensstijl, ziekten waaraan je lijdt en medicatie die je inneemt, familiaal voorkomen van ziekten en andere gevallen van miskraam, details over vorige miskramen, resultaten van eerdere onderzoeken en behandelingen.
Daarnaast voert hij een algemeen lichamelijk onderzoek uit met meting van bloeddruk en gewicht en een gynaecologisch onderzoek.
Er gebeurt ook een bloedonderzoek: bloedcellen, suikerbepaling, schildkliertests, stolling en eventueel chromosoomanalyse van beide ouders.
Je wordt bovendien verwezen naar de gynaecoloog voor verder onderzoek.
Bij een nieuwe zwangerschap zullen vaker echografieën plaatsvinden.
Wat kun je zelf doen?
Wees niet te snel ontmoedigd: 60 tot 70% van de volgende zwangerschappen is succesvol.
Verandering van levensstijl kan soms zinvol zijn.
- Stop met roken en wees matig met alcohol.
- Neem voldoende beweging.
- Ben je te zwaar? Dan is het zeker de moeite om te proberen gewicht te verliezen. Schakel hiervoor zo nodig een diëtist(e) in.
- Als je diabetes hebt, tracht dan zo goed mogelijk je suikerspiegel te regelen en volg nauwlettend je dieet.
- Vraag na of er in je familie nog vrouwen zijn die meerdere miskramen hadden, en of de oorzaak hiervan gekend is. Dit kan zeer nuttige informatie zijn voor je arts.
Wat kan je arts doen?
Wordt er geen onderliggende ziekte gevonden, dan zal je arts je zwangerschap van dichtbij opvolgen. De ontwikkeling van de foetus wordt met herhaalde echografieën goed gevolgd.
Wordt er wel een onderliggende ziekte vastgesteld, dan zal deze zo mogelijk eerst behandeld worden. Een goede regeling van de diabetes en van de schildklierfunctie is noodzakelijk. In geval van stollingsstoornissen krijg je bloedverdunners. Afwijkingen van de baarmoeder kan men vaak heelkundig verhelpen.
Vitaminen hebben geen bewezen effect. Blijf wel foliumzuur verder innemen als je opnieuw zwanger probeert te worden.
Het zwangerschapshormoon (progesteron) wordt ingezet bij vroege miskramen zonder gekende oorzaak, maar het is onduidelijk of het ook daadwerkelijk helpt.
Meer weten?
https://www.thuisarts.nl/miskraam