Cebam Verschenen op 24/09/2013

In het nieuws

De hersenen van meisjes lopen sneller schade op door alcoholmisbruik dan die van jongens. Dan gaat het niet eens om comazuipen, maar om piekdrinken: vier drankjes in twee uur tijd volstaan. Vooral jongeren tussen 13 en 17 jaar zijn kwetsbaar.

Factcheck

Dit literatuuroverzicht geeft onvoldoende details om te onderbouwen in welke mate meisjes een hoger risico lopen op hersenschade dan jongens. We gaan volledig akkoord met de auteurs die concluderen dat er behoefte is aan verder onderzoek over de relaties tussen piekdrinken en hersenschade.

Lees verder »

Waar komt dit nieuws vandaan?

Dit nieuws is gebaseerd op een overzicht van wetenschappelijke studies, ofwel een literatuuroverzicht, gepubliceerd in het Nederlands Tijdschrift voor Psychiatrie. Het overzicht bevat 19 studies die de relatie tussen piekdrinken en neurocognitieve functies zoals geheugen, aandacht en besluitvorming onderzoeken. Overmatig drinken kan nefaste gevolgen hebben op de studie en zelfs het latere volwassen leven. Meer voor meisjes dan voor jongens. Dat baart dus extra zorgen, omdat meisjes stilaan evenveel drinken als jongens. Van de Belgische jongens doet 41 procent aan piekdrinken, tegenover al 35 procent van de meisjes. Er is inzake drinkgedrag een soort emancipatie aan de gang.

Bron

(1) Tijdschrift voor Psychiatrie 2013;55 (9) Piekdrinken op jonge leeftijd: gevolgen voor neurocognitieve functies en genderverschillen. L. Amrani, L. De Backer, G. Dom

Hoe moeten we dit nieuws interpreteren?

De interpretatie van de conclusie van dit literatuuroverzicht wordt belemmerd omdat het artikel weinig details geeft over hoe dit overzicht precies is uitgevoerd. Allereerst is het niet geheel duidelijk hoe de auteurs hebben gezocht naar studies en of alle relevante studies in het overzicht zijn meegenomen. De zoektocht naar studies heeft vooral dwarsdoorsnede-onderzoeken opgeleverd. Zoals de auteurs terecht opmerken is dit type onderzoek eerder zwak om een relatie tussen oorzaak en gevolg aan te kunnen tonen. In een dwarsdoorsnede-onderzoek wordt namelijk gelijktijdig aan een groep jongeren gevraagd hoeveel ze drinken en worden neurocognitieve testen afgenomen. Omdat beide aspecten maar eenmalig worden gemeten kan niet worden bewezen welk aspect oorzaak en welk aspect gevolg is: scoren jongeren laag op de testen door het vele drinken of drinken de jongeren veel omdat ze lager scoren op de testen? Om aan te tonen dat bijvoorbeeld het geheugen vermindert door het drinken zou je jongeren gedurende een langere periode moeten opvolgen en meerdere geheugentests moeten afnemen bij jongeren die veel drinken en bij jongeren die weinig drinken. Dwarsdoorsnede-onderzoeken zijn vooral bedoeld om hypotheses te vinden, die vervolgens bevestigd zouden moeten worden in andere studies. Daarnaast hebben deze studies bepaalde zwakheden waardoor er een risico is op vertekening van de resultaten. Twee belangrijke aspecten zijn de vergelijkbaarheid van beide groepen en het corrigeren voor factoren die gerelateerd zijn aan zowel de deelnemers als het resultaat van de studie. Deze zwakheden moeten in het onderzoek worden meegenomen en de auteurs zouden moeten uitleggen of en hoe ze dit hebben gedaan. Het literatuuroverzicht geeft geen informatie of de studies hiernaar hebben gekeken, waardoor we niets weten over het eventuele risico op vertekende resultaten. Dit literatuuroverzicht beschrijft alleen de conclusies van de studies zonder de werkelijke resultaten. Hiermee heb je als lezer geen zicht op de grootte van het effect van alcohol op het geheugen. Zonder werkelijke resultaten is het ook onduidelijk of de resultaten gecorrigeerd zijn voor eventuele verschillen tussen beide onderzoeksgroepen of voor de verstorende factoren, zoals rookgedrag, die de conclusies kunnen vertekenen. Voorts blijft de conclusie dan ook vaag, zoals 'vrouwen blijken gevoeliger te zijn dan mannen qua effecten op werkgeheugen en responsinhibitie, ofwel het vermogen het eigen gedrag, handelingen en gedachten op tijd te stoppen.’ Onduidelijk is wat dit nu precies wil zeggen. Zonder kwantitatieve gegevens kan de lezer niet bepalen of hij/zij dit verschil belangrijk vindt.

Conclusie

Dit literatuuroverzicht geeft onvoldoende details om te onderbouwen in welke mate meisjes een hoger risico lopen op hersenschade dan jongens. We gaan volledig akkoord met de auteurs die concluderen dat er behoefte is aan verder onderzoek over de relaties tussen piekdrinken en hersenschade.

Vond je dit artikel nuttig?
Content overnemen van Gezondheid en Wetenschap

Gezondheid en Wetenschap heeft het alleenrecht op de meeste gepubliceerde content. Onze artikels mogen dus niet overgenomen worden zonder onze schriftelijke toestemming.

Interesse in onze content? Neem contact op via info@gezondheidenwetenschap.be.

Nieuwsbrief

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief