Wat is transgender?
'Transgender' (afgekort: trans) is een brede verzamelterm voor mensen van wie de genderidentiteit (als welk gender ze zich voelen) niet volledig overeenstemt met het geslacht dat hun werd toegewezen bij de geboorte. Een trans vrouw is bijvoorbeeld iemand die bij de geboorte geregistreerd werd als man op basis van de geslachtsdelen, maar die zich vrouw voelt. De verzamelterm wordt gebruikt voor:
- trans mannen en trans vrouwen;
- travesties;
- personen die zichzelf identificeren als gender non-binair;
- personen die zichzelf identificeren als queer;
- iedereen die zich in de term kan vinden.
De term transgender verwijst niet naar een probleem of stoornis. Het is belangrijk om transgender zijn niet te stigmatiseren en/of medicaliseren.
Hoeveel mensen zijn transgender?
Het is onmogelijk om exact te bepalen hoeveel personen in België transgender zijn. Daar zijn verschillende redenen voor:
- De groep trans personen is erg divers.
- Het is niet altijd duidelijk wie al dan niet als trans persoon beschouwd moet worden.
- Niet alle trans personen nemen medische en/of juridische stappen. Daardoor worden ze niet altijd officieel geregistreerd.
Sinds 2010 is het aantal trans personen dat zich aanmeldt in genderklinieken zeer sterk gestegen. Daar hebben we nog geen verklaring voor.
Vroeger zagen de genderklinieken meer personen die als jongen geboren werden. Nu is het andersom, en melden meer personen die als meisje geboren werden zich. Zij melden zich vaak ook pas op latere leeftijd aan.
Precieze cijfers vind je in het Cass-rapport of via transgender.be (zie ‘meer weten’ en 'bronnen’).
Hoe kan je herkennen of iemand transgender is?
Een persoon beslist zelf of die zich als transgender ziet of niet. Het gaat om een identiteit die je uit eigen keuze kan aannemen. Dat noemen we zelfidentificatie. Het is geen stoornis en het hoeft niet altijd samen te gaan met lijden.
Genderdysforie
Lijden kan wel aanwezig zijn. Heel wat transgender personen, maar niet allemaal, hebben last van genderdysforie. Dat is een gevoel van lijden wanneer het geslacht dat je kreeg toegewezen bij je geboorte niet overeenkomt met je genderidentiteit (welk gender je je voelt). Transgender voelt dan niet als een keuze, maar als iets wat je gewoon bént.
Welke stappen kan je als trans persoon nemen?
Sommige trans personen doen aanpassingen om te kunnen leven volgens het gender dat ze zich voelen. Zo kan je bijvoorbeeld je roepnaam of aanwijzende voornaamwoorden veranderen als je je vrouw voelt. Dat heet transitie. Iedereen kiest daarin wat goed voelt en mogelijk is. Een transitie ziet er dus voor iedereen anders uit.
Voor mensen met genderdysforie kan een transitie aanvoelen als een noodzaak, en niet als iets wat je kiest. Maar de meeste mensen met genderdysforie vinden vrede met hun lichaam, vaak nadat ze de puberteit hebben doorgemaakt.
Denk je aan een transitie? Weeg dan goed af of het voor jou de juiste keuze is. Kijk daarbij ook naar andere mogelijke problemen. In veel gevallen gaat genderdysforie samen met andere aandoeningen, zoals autisme, of met traumatische ervaringen. Het is dan belangrijk om je problemen in hun geheel aan te pakken. Want een transitie lost die meestal niet op.
Verschillende soorten van transitie zijn mogelijk:
Sociale transitie
Dit betekent dat je dingen verandert in je dagelijks leven, zodat ze beter passen bij je genderidentiteit. Bijvoorbeeld:
- aan mensen vertellen dat je trans, non-binair of nog zoekende bent;
- een nieuwe roepnaam of andere voornaamwoorden kiezen;
- je uiterlijk aanpassen (zoals je kleding, haar of make-up);
- hulpmiddelen gebruiken die je helpen om je beter in je lichaam te voelen (zoals een borstbinder, pruik, prothese …);
- …
Juridische transitie
Dit betekent dat je je officiële gegevens laat aanpassen.
Dat kan gaan over:
- je voornaam of familienaam officieel laten veranderen;
- het geslacht op je papieren laten aanpassen.
Medische transitie
Naast aanpassingen in kledij en kapsel, kiezen trans personen er soms voor om ook hun lichaam aan te passen aan hun genderidentiteit.
Er bestaan verschillende mogelijke aanpassingen en medische opties. Daarin is er geen ‘goed’ of ‘slecht’ parcours, geen ‘echt’ of ‘half’ werk. Iedereen kiest zelf welk proces goed voelt en welke stappen nuttig lijken voor diens mentaal welzijn.
Het is belangrijk om de keuze voor wel of geen medische behandelingen niet te verwarren met iemands genderidentiteit. Zo willen bijvoorbeeld niet alle transgender mannen een genitale ingreep, terwijl ze zich toch man voelen. Van gender non-binaire personen wordt vaak gedacht dat ze geen ingrepen wensen, terwijl de helft van die groep dat toch wil.
Verschillende opties
Via genderbevestigende zorg zijn er verschillende medische opties mogelijk:
- hormoontherapie;
- operaties;
- logopedie;
- ontharing.
De zorg kan plaatsvinden bij individuele zorgverleners of binnen een gespecialiseerd multidisciplinair genderteam. Zo’n genderteam bestaat uit verschillende zorgverleners die samenwerken, bijvoorbeeld artsen, psychologen, seksuologen en maatschappelijk werkers. Op de zorgkaart van Transgender Infopunt vind je wie je kan helpen (zie ‘Meer Weten’.)
Hormoontherapie
Voor hormoontherapie word je doorverwezen naar een endocrinoloog. Hormoonbehandeling zorgt voor blijvende veranderingen in je lichaam. Daarom is het een belangrijke en persoonlijke keuze. Samen met je zorgverleners bekijk je of deze behandeling geschikt is voor jou en bespreek je de bijwerkingen.
Je neemt het hormoon dat past bij het gender dat je je voelt:
- Een hormoonbehandeling om te ‘vermannelijken’ bestaat uit de toediening van testosteron (het mannelijke geslachtshormoon).
- Onder invloed van testosteron zullen je vrouwelijke geslachtskenmerken geleidelijk aan afnemen en zal je meer mannelijke geslachtskenmerken ontwikkelen.
- Een hormoonbehandeling om te ‘vervrouwelijken’ bestaat uit oestrogeen (het vrouwelijke geslachtshormoon).
- Meestal moet je ook antiandrogenen of puberteitsremmers toegediend krijgen om de productie van testosteron af te remmen. Puberteitsremmers zijn stoffen die de productie van geslachtshormonen stilleggen.
- Onder invloed van oestrogenen zullen je mannelijke geslachtskenmerken geleidelijk aan afnemen en zullen meer vrouwelijke geslachtskenmerken ontstaan.
Hormoontherapie kan vanaf de leeftijd van 16 jaar worden gestart.
Voor de aanpak bij kinderen jonger dan 16, zijn er wereldwijd verschillende visies tussen wat zorgverleners als de beste aanpak zien. In sommige landen stellen centra soms voor om de puberteit te onderdrukken met puberteitsremmers. Andere centra stellen het gebruik daarvan in vraag en stappen er zelfs vanaf. De bezorgdheid over het gebruik van puberteitsremmers baseert zich onder meer op het onderzoek van de Britse kinderarts Cass. In dat onderzoek stellen de onderzoekers dat de voordelen niet goed zijn onderbouwd en dat de mogelijke nadelen van het gebruik van puberteitsremmers groot kunnen zijn.
Operaties
Een operatie is een ingrijpende, persoonlijke beslissing. Want het verandert je lichaam blijvend en is moeilijk terug te draaien. Samen met je zorgverleners bekijk je wat er voor jou past: geen operatie, één operatie of meerdere operaties. Er is geen standaardtraject. Voor de meeste operaties is in België de regel dat je minstens 17 of 18 jaar bent en een verwijsbrief hebt van een zorgverlener (meestal een psycholoog, seksuoloog of psychiater). Mogelijke operaties zijn:
- chirurgie aan het bovenlichaam: borstverwijdering, borstvergroting, borstverkleining;
- aangezichtschirurgie: vorm van het gezicht vermannelijken of vervrouwelijken;
- chirurgie aan de geslachtsdelen: teelbalverwijdering, baarmoeder- en eierstokverwijdering, constructie penis, constructie vulva en vagina, balprotheses, erectieprothese.
Logopedie
Om de stem aan te passen, wordt er meestal eerst gestart met logopedie. Als dat onvoldoende effect heeft, kan je stemchirurgie overwegen.
Ontharing
Mannelijke lichaamsbeharing kan je laten verwijderen (met behulp van bijvoorbeeld laserontharing).
Psychosociale ondersteuning en opvolging
Psychologische ondersteuning
Als trans persoon kan je psychologische hulp krijgen om je genderidentiteit te verkennen en na te denken over wat je nodig hebt in je transitie. Een zorgverlener kan je ook steun bieden bij het omgaan met gevoelens zoals angst, verdriet of onzekerheid over je gender. Soms worden ook ouders, partners of andere belangrijke mensen betrokken bij de begeleiding, als je dat zelf wil.
Sociale ondersteuning
Probeer steun te vinden bij familie of vrienden. Het kan ook helpen om erover te praten met andere trans personen, want die weten wat je doormaakt.
Heb je een negatieve ervaring, zoals discriminatie, meegemaakt? Dan bestaan er organisaties waar je een klacht kan indienen (zie ‘meer weten’).
Opvolging
Als trans persoon kan je opgevolgd worden door een individuele zorgverlener, zoals een psycholoog of huisarts, of binnen een multidisciplinair genderteam. Hoelang je begeleiding krijgt, hangt af van wat jij nodig hebt. Sommige mensen willen vooral psychologische ondersteuning, anderen hebben ook medische opvolging nodig.
Meer weten?
- Transgender infopunt
- Zorgkaart: vind een zorgverlener
- Transgenderzorg: begeleiding van transgender personen
- Negatieve ervaring gehad? Hier kan je een klacht melden.
- Gendervonk: website om de draagkracht en het emotioneel welzijn van trans personen te bevorderen en zelfdoding te voorkomen
- Çavaria: de Vlaamse belangenverdediger van LGBTI+-mensen en koepel van LGBTI+-organisaties
- Lumi: infolijn voor al je vragen over gender en seksuele voorkeur
- Post Trans: getuigenissen over detransitie (Engelstalig)
- Hier vind je Nederlandse vertalingen van de getuigenissen.
Zelfhulpgroepen
Vind een zelfhulpgroep via Transgender infopunt.
Bronnen
- https://www.ebpnet.be
- Care of transgender adults. BMJ Best Practice. Apr 2025.
- Hormone Therapy for the Transgender Female Adolescent. Dynamed. EBSCO Information Services. Apr 2025.
- Hormone Therapy for the Transgender Male Adolescent. Dynamed. EBSCO Information Services. Apr 2025.
- Independent review of gender identity services for children and young people: Final report (Cass Report). Hilary Cass. 2024. Beschikbaar op https://policycommons.net/artifacts/12036609/cassreview_final/12930188/.