Verschenen op 17/10/2017

In deze gastblog bekijkt David Roberts, expert in volksgezondheid, hoe we het gebruik van zout in onze voeding kunnen minderen.

Vele gezondheidsautoriteiten beschouwen onze huidige zoutinname als te hoog. Overheden over de hele wereld doen inspanningen om het gemiddelde dagelijkse zoutverbruik in hun bevolking te verminderen. De gemiddelde zoutinname voor een volwassene in het Verenigd Koninkrijk was in 2014 7,2 g per dag (een vermindering van de 8 g per dag in 2005 en 2006), maar de huidige aanbevelingen raden een consumptie van minder dan 5-6 g per dag aan [1]. Vanwaar die kruistocht tegen het witte spul? Er wordt gedacht dat hogere zoutinnames een oorzaak zijn van een te hoge bloeddruk, die het risico vergroot op veel voorkomende en ernstige aandoeningen, zoals beroertes en hartfalen. Deze aandoeningen zijn wereldwijd een bron van ellende en de behandeling is duur. Gezondheidsautoriteiten zoals de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geloven dat overheden de volksgezondheid kunnen verbeteren door het probleem bij de wortels aan te pakken, zoals bijv. door de zoutconsumptie te verminderen.

Informeren en herformuleren

De methodes om zoutverbruik door de bevolking te verminderen kunnen ruwweg opgedeeld worden in twee categorieën. Enerzijds zijn er de programma’s die personen stimuleren om bewust hun zoutverbruik te verminderen, zoals sensibiliseringscampagnes over de effecten van zout op de gezondheid. Anderzijds zijn er de programma’s die niet steunen op de vrije keuze van individuen, maar eerder op het verminderen van het zoutgehalte in onze voeding (herformulering). Daarnaast kunnen beide methodes gecombineerd worden. Er is weinig bewijs over een vermindering van zoutinname bij de bevolking door deze strategieën, en over wat de meest effectieve manier is. De effectiviteit van een programma hangt waarschijnlijk ook af van het land waar het uitgerold wordt. In het Verenigd Koninkrijk is gemiddeld 70% van de zoutinname per persoon afkomstig van verwerkte voedingsproducten [2], wat betekent dat aanpassing van de producten door de voedingsindustrie (herformulering) waarschijnlijk effectief zal zijn. Dit is minder het geval in landen waar tafelzout een groter aandeel heeft in de totale zoutinname.

Wat zegt het wetenschappelijk bewijs?

Een recent literatuuroverzicht van Cochrane [3] heeft geprobeerd om bewijs te verzamelen van de effectiviteit van methodes om zoutconsumptie te verminderen op bevolkingsniveau. De onderzoekers vonden data van enquêtes in 10 landen, die peilden naar het zoutverbruik voor en na de invoering van nationale strategieën om het zoutverbruik te minderen. Het Verenigd Koninkrijk gebruikte een combinatiestrategie van informatiestickers op de verpakking van voeding, informatiecampagnes en herformulering. Andere landen gebruikten enkel informatiecampagnes.

De onderzoekers stelden vast dat de zoutinname verminderde in 5 van deze landen. In 2 landen nam het zoutverbruik net toe en in 3 landen bleef het ongewijzigd. Zeven van de gebruikte strategieën bevatten herformulering of gelijkaardige methoden om zoutverbruik te verminderen, waarvan er 4 resulteerden in een daling in verbruik. Een vermindering werd vaker gezien bij mannen (5 landen) dan bij vrouwen (3 landen). De bevindingen uit de individuele studies waren te verschillend om gecombineerd te worden in een betrouwbaar gemiddelde of om de verschillende strategieën direct met elkaar te vergelijken.

Strategie of toeval?

Jammer genoeg hebben deze studies geen controlegroep, die ons zou kunnen vertellen of de geobserveerde verschillen er waren door puur toeval, of misschien door andere redenen dan de gebruikte strategie om zoutverbruik te verminderen. Door deze beperking, eigen aan zogenaamde ‘voor-en-na’-studies, kunnen we niet concluderen dat het verschil het gevolg is van de strategie. Meer complexe studies moeten uitgevoerd worden om dit te bewijzen.

De zoutinname verminderde in een aantal landen waar strategieën, zoals minder zout toevoegen aan industrieel bereide voedingsmiddelen, gebruikt werden om zoutverbruik te beperken. Dit kan leiden tot een lagere bloeddruk en bij gevolg een lagere kans op hart- en vaatziekten. Beleidsmakers zijn slechts een kleine stap dichter bij de wetenschap of zoutverbruik minderde door hun acties, welke acties het meest effectief zijn, en bij wie ze het meeste effect hebben. Theoretisch lijken de strategieën wel te werken, maar omdat er geen controlegroepen zijn, kunnen we dat niet met zekerheid stellen.


Noot: De onderzoekers die dit overzicht maakten, onderzochten niet of een verminderde zoutinname ook effectief leidt tot een verlaagde bloeddruk. Bewijs hiervoor werd geleverd in een ander literatuuroverzicht van Cochrane met experimentele studies [4] en uit observationeel onderzoek [5]. De geïnteresseerde lezer heeft misschien al gehoord van recent onderzoek dat deze bevindingen in twijfel trekt [6]. De in dit onderzoek gebruikte methoden echter werden reeds sterk bekritiseerd door experts in het veld [7].

Referenties kunnen hier gevonden worden. David Roberts heeft geen belangen te vermelden.

Deze blog verscheen oorspronkelijk op Evidently Cochrane op 25 november 2016.
Vertaling: Bert Avau, Cochrane België

Nieuwsbrief

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief