Wat is het?
Een leerstoornis is een probleem dat zich voordoet tijdens de prille kinderjaren in het leren van vaardigheden, zoals lezen, schrijven, rekenen, spreken, taal en zelfs bewegingen (motorische vaardigheden).
Onbehandeld kunnen ze later voor grotere problemen zorgen of voor een tragere vooruitgang tijdens de eerste schooljaren.
Het kleuteronderwijs in België voorziet voorschoolse educatie. Dat zijn maatregelen die genomen worden om eventuele problemen vroegtijdig op te merken en aan te pakken.
De meest voorkomende leerstoornissen zijn:
- dyslexie (leesproblemen) en dysgrafie (spelling- en schrijfproblemen); ze komen vaak samen voor.
- dyscalculie: het kind heeft moeite met het begrijpen van wiskundige concepten, zoals het rangschikken van cijfers en ruimtelijk inzicht.
- dysfasie: het kind heeft problemen met de spraak of het leren van taal. Meestal wordt dit al in de vroege ontwikkeling van het kind opgemerkt. Gebruikt je kind geen woorden tegen de leeftijd van twee jaar, of zinnen tegen de leeftijd van drie jaar, dan is er mogelijk sprake van dysfasie. De taalachterstand die hierdoor ontstaat, kan gevolgen hebben in de volwassenheid onder de vorm van taal- of begripsproblemen.
- dyspraxie: het kind heeft een bijzondere motorische onhandigheid die zich uit in niet goed gecoördineerde bewegingen; dit heeft niets te maken met een intellectuele achterstand of algemene medische toestand.
- gewone motorische onhandigheid: gaat vaak gepaard met een groter ontwikkelingsprobleem zoals ADHD (attention deficit hyperactivity disorder).
Hoe vaak komt het voor?
In het schooljaar 2014-2015 hebben de centra voor leerlingenbegeleiding (CLB’s) 44.000 jongeren jonger dan 21 jaar begeleid met specifieke problemen waaronder leerstoornissen.
Algemeen kan men stellen dat:
- meer dan 10% van de kinderen problemen heeft met leren lezen, en dat bijna 6% van de volwassenen nog steeds problemen ondervindt met lezen. Dyslexie is vaak erfelijk bepaald; dikwijls komen leesproblemen dus ook voor bij naaste familieleden. Meer dan een derde van de kinderen met een ouder met dyslexie, heeft zelf ook grote problemen bij het leren lezen.
- ongeveer 10 à 15% van de leerlingen problemen heeft met het leren van wiskunde, en dat ongeveer 3% van deze kinderen lijdt aan een ernstige vorm van dyscalculie.
- ongeveer 3% van de bevolking aan dysfasie lijdt. Het risico op een taalachterstand is groter wanneer ook andere familieleden taalproblemen hebben.
Hoe kan je het herkennen?
Kijk hoe vaardig je kind is, en bepaal of het klaar is voor school.
Kennis en lichamelijke vaardigheden kunnen sterk verschillen tussen kinderen van dezelfde leeftijd; sommigen kunnen een jaar eerder naar school, anderen pas een jaar later.
Twijfel je of je kind al naar school kan, ga dan ten rade bij een specialist schoolrijpheid.
Hoe wordt het vastgesteld?
Een leerstoornis kan geïsoleerd voorkomen of samengaan met andere stoornissen. Om dat na te gaan is een team van verschillende experts nodig die de leerprestaties en de ontwikkeling van het kind onder de loep nemen.
Zo onderzoeken ze of er geen andere onderliggende aandoeningen zijn die aan de basis liggen van de leerstoornis (bv. doofheid of slechtziendheid).
Het is zeer belangrijk dat er wordt samengewerkt met de school. Meestal zijn er speciale zorgleerkrachten die hierbij kunnen helpen.
Wat kan je zelf doen?
Schoolrijpheid nagaan
Beslissen om de schoolstart uit te stellen, kan moeilijk zijn. De school kan de ontwikkeling van het kind immers bevorderen. Een specialist schoolrijpheid kan je hierbij advies geven.
Er bestaan mogelijkheden voor extra ondersteuning in het kleuteronderwijs. Het is evenwel belangrijk om rekening te houden met de leerbehoeften van het kind.
Ondersteuning van het kind
Voor de meeste leerstoornissen volstaan ‘redelijke aanpassingen’ in het gewone onderwijs. Onder ‘redelijke aanpassingen’ verstaan we het stimuleren van het kind, het kind bijlessen laten volgen of het gebruik van een laptop met speciale software voor kinderen met dyslexie.
Wordt het kind niet vroeg genoeg op de juiste manier aangemoedigd en gemotiveerd om extra inspanningen te doen, dan kunnen de leerstoornissen aanleiding geven tot andere en grotere problemen of een tragere vooruitgang op school. Zo wordt in geval van problemen bij het leren lezen de begeleiding het best reeds gestart bij aanvang van het eerste leerjaar of net iets daarvoor.
Is de taalontwikkeling van het kind normaal, maar heeft het moeilijkheden om de namen van de letters te onthouden op de leeftijd van ongeveer 6 jaar, dan is het raadzaam om enkele maanden voor de schoolstart te beginnen met leesoefeningen, zeker wanneer dyslexie in de familie voorkomt.
Buitengewoon onderwijs
Kinderen met zeer ernstige leerstoornissen kunnen vaak niet opgevangen worden in het gewone onderwijs, en hebben doorgaans nood aan speciaal onderwijs.
Meer weten?
- Informatie van de Vlaamse Overheid over mogelijkheden op school bij leerstoornissen: https://www.vlaanderen.be/hulp-bij-leerproblemen-en-leerstoornissen
- De site van de Vlaamse vereniging van ouders van normaal begaafde kinderen met leerstoornissen: http://www.sprankel.be