Wat is het?
Het ellebooggewricht wordt gevormd door het ondereinde van het bovenarmbeen en het bovenste deel van het spaakbeen en de ellepijp. Het is omgeven door een sterk gewrichtskapsel en versterkt met gewrichtsbanden. Bij een ontwrichting wordt de onderarm meestal naar achteren verplaatst. De oorzaak is altijd een trauma, meestal een val met gestrekte arm of een grote kracht op de achterzijde van de elleboog. Het gewrichtskapsel en de gewrichtsbanden rekken uit of scheuren, en de onderarmbeenderen verplaatsen zich buiten het kapsel. Er is ook altijd risico op beschadiging van zenuwen en bloedvaten. Dikwijls gaat de ontwrichting gepaard met een breuk van één of meerdere van de beenderen.
Hoe kun je het herkennen?
De elleboog is vervormd. Aan de achterkant zijn de verplaatste beenderen te zien. Je hebt pijn en de beweeglijkheid is zeer beperkt. Volledig plooien en strekken is onmogelijk. Na enige tijd kan er ook zwelling optreden.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
De arts kan een ontwrichting van de elleboog meestal vaststellen met een gewoon klinisch onderzoek. Hij zal steeds een röntgenfoto van de elleboog laten maken om zeker te zijn dat er geen breuk is.
Wat kun je zelf doen?
Blijf best zelf van je elleboog af. Hang je arm in een draagdoek en ga meteen naar de dokter.
Wat kan je arts doen?
Als er een breuk wordt vastgesteld, word je steeds naar het ziekenhuis verwezen. Is er enkel een ontwrichting, dan worden de beenderen manueel weer op hun plaats gebracht. Nadien wordt een controlefoto gemaakt om te zien of alles goed zit. Daarna wordt de arm in een draagdoek of spalk geïmmobiliseerd gedurende een drietal weken.
Omdat een elleboog snel verstijft, wordt zo snel mogelijk gestart met mobilisatieoefeningen onder leiding van een kinesist. Na 1 en 3 weken wordt een controlefoto gemaakt.
Meer weten?
https://www.cm.be/ziekte-en-behandeling/klachten-en-ziekten/ontwrichting