Wat is het?
Sportletsels komen zeer frequent voor. Ze vertegenwoordigen veruit de grootste groep van letsels veroorzaakt door (sport)ongevallen. Meestal gaat het om een plots trauma, maar ook overbelasting kan aan de basis liggen. Meestal zijn de letsels onschuldig en gaat het om letsels van spieren en pezen, blauwe plekken en pijn. Meer dan een kwart doet zich voor ter hoogte van de knie of de enkel. Ook rugletsels komen veel voor.
De oorzaak is vaak het plots stoppen van een beweging of het veranderen van richting, geringe spierkracht, slappe gewrichtsbanden, slechte techniek, afwijkingen van de stand zoals X-benen en platvoeten, en een gebrekkig ruimtelijk gevoel. Snelle eerste hulp bevordert het herstel. Verder is preventie zeer belangrijk.
Het aantal en de ernst van de letsels hangt o.a. af van de aard en intensiteit van de beoefende sport. Wandelen, fietsen, zwemmen, langlaufen, aerobics, schaatsen, dansen, fitness en golf zijn relatief veilige sporten. Beroepssporten met extreme trainingen en intensieve competities, en contactsporten zijn gevaarlijker om letsels op te lopen. Ernstige letsels kunnen ook op latere leeftijd voor problemen zorgen. Zo komt knieartrose meer voor bij sporters die vroeger een kruisbandscheur hebben gehad.
Hoe vaak komt het voor?
Recreatieve sporters hebben weinig kans op blessures, nl. 0,7 per 1.000 uren beweging. Bij fitness en competitiesport stijgt dat cijfer tot 3,1 per 1.000 uren. Tussen 15 en 34 jaar is het risico het grootst. Mannen hebben iets meer kans op sportletsels dan vrouwen, maar die hebben dan weer ernstigere knieletsels.
Herstellen na een sportletsel
Herstel na letsels van de weke delen (spieren, pezen en gewrichtsbanden) verloopt meestal volgens een vast schema:
- De ontstekingsfase, 0 tot 7 dagen na de kwetsuur: er treedt pijn, roodheid, zwelling en warmte op rond het letsel.
- De regeneratie- of proliferatiefase, 1 tot 3 weken na het trauma: er is beginnende littekenvorming, maar nog te zwak om al nieuwe activiteit toe te laten.
- De maturatie- en remodelleringsfase, vanaf 4 weken: er wordt sterk, nieuw weefsel gevormd.
Normaal kun je 6 tot 8 weken na het letsel alle normale sportactiviteiten hernemen. Een volledige belasting is dan mogelijk. Totale genezing kan echter tot een jaar duren. Na bijv. een operatie van een gescheurde kruisband van de knie kun je pas na 3 maanden lichtjes beginnen lopen, en na 6 maanden de intensieve training hervatten.
Het is daarom belangrijk om zo snel mogelijk te starten met behandeling en revalidatie. De initiële behandeling is gebaseerd op het RICE-principe: Rust, Ice (met een ijspack), Compressie (drukverband) en Elevatie (hoogstand van het getroffen lidmaat). Afhankelijk van de ernst van het letsel duurt deze fase 3 tot 7 dagen. Nadien mag en moet je al meteen met de revalidatie starten. In principe moet de mobilisatie binnen de pijngrens gebeuren. Je moet dus niet per se afzien om sneller te genezen. Je volgt best een oefentherapie bij de kinesist. Gecontroleerde beweging zorgt voor een mooi, sterk en elastisch litteken.
Sportletsels voorkomen
Preventie is zeer belangrijk en berust op 2 pijlers: materiaal en aangepaste training. Bij materiaal denken we o.a. aan aangepaste sportkleding, zoals goed schoeisel en beschermende kledij (fietshelm, knie- en elleboogbeschermers, enz.), goede apparatuur, inlegzolen, steunbanden e.d. De training moet individueel aangepast zijn, en gebeurt best onder leiding van een competente trainer. Een goede opwarming, trage opvoering van de intensiteit, geleidelijke invoering van nieuwe oefeningen, … zijn hier van groot belang.
Enkele veelvoorkomende sportletsels
Letsels aan het hoofd
Bij een vermoeden van hersenschudding (hoofdpijn, misselijkheid, braken, niet meer weten wat er precies gebeurd is, …) moet je de sportinspanning onmiddellijk staken. De eerste 24 uur word je van nabij opgevolgd om een mogelijke bloeding tijdig op te merken. Bewustzijnsvermindering of verlammingsverschijnselen zijn alarmtekens.
Het herstel duurt 7 tot 10 dagen. Als je dan een normale training kan afwerken zonder klachten, kun je alle activiteiten, ook competitiesport, hernemen.
Jumper’s knee
Dit is eigenlijk een ontsteking van de knieschijfpees. Ze ontstaat door herhaalde overbelasting door springen (hoogspringen, volleybal, basketbal, …) en kan zich zowel aan de bovenrand, op de knieschijf zelf als aan de peesaanhechting onder de knie lokaliseren.
Aanvankelijk is er enkel pijn bij beweging, vooral bij springen, lopen en hurken. Nadien blijft de pijn continu aanwezig, zelfs in rust. Drukken op de plaats van de ontsteking is pijnlijk. In extreme gevallen kan zelfs een klein stukje bot loskomen ter hoogte van de peesaanhechting. Later kunnen verkalkingen gevormd worden in het ontstoken peesgedeelte.
De behandeling bestaat uit rust, ontstekingsremmers en aangepaste stretchoefeningen bij de kinesist. Bij hardnekkige gevallen kan een infiltratie met cortisone gegeven worden. Als ook dat niet helpt, blijft enkel een operatieve ingreep over. In het filmpje hieronder geven we enkele voorbeelden van oefeningen.
Lees verder onder het filmpje.
Scheenbeenirritatie (mediaal tibiaal stresssyndroom)
Dit wordt gekenmerkt door pijn ter hoogte van de binnenzijde van het scheenbeen, soms op een kleine zone, soms over bijna heel de lengte van boven de enkel tot onder de knie. In het begin is de pijn er enkel na belasting, dus na het sporten, maar na een tijd treedt hij ook op tijdens sportbeoefening en zelfs in rust.
De oorzaak is niet helemaal duidelijk. Men vermoedt een combinatie van ontsteking van het scheenbeenvlies, de pezen en het bot zelf. Dikwijls ligt een afwijking van de stand van het been, het afrollen van de voet, of van de beweeglijkheid van de gewrichten aan de basis. Voor de behandeling zal de arts eerst en vooral hiernaar kijken. Zo nodig kunnen de schoenen worden aangepast met inlegzooltjes. Ontstekingswerende middelen helpen niet. Bij erge gevallen kan een chirurgische ingreep plaatsvinden.
Achillespeesontsteking
Dit is een typisch overbelastingsletsel bij lopers. De achillespees kan ontstoken zijn in het laatste stuk boven de hiel of aan de aanhechting op het hielbeen. Dikwijls is ook de slijmbeurs onder de peesaanhechting ontstoken (bursitis).
In het begin ontstaat er pijn na het lopen, nadien ook tijdens de sportinspanning en zelfs in rust. Knijpen op de plaats van de ontsteking is pijnlijk. Na enige tijd kan de pees ook zichtbaar verdikt zijn. Op lange termijn ontstaan verkalkingen in de pees.
De behandeling bestaat uit het ontlasten van de hielpees. Dat kan door inleghieltjes te gebruiken van ongeveer 1 cm dikte. Dit brengt de hiel wat omhoog, waardoor de tractie erop vermindert. Ook frequent stretchen is nuttig, maar je moet erop letten dat de hiel op de grond blijft staan. Je moet de eindstand een 10-tal seconden aanhouden, en je mag niet veren. Herhaaldelijk kort stretchen is beter dan een paar keer gedurende langere tijd.
De ziekte van Osgood-Schlatter en de ziekte van Sever
Deze letsels komen voor bij kinderen. Er ontstaat een ontsteking ter hoogte van respectievelijk de aanhechting van de achillespees op het hielbeen, en die van de knieschijfpees op het scheenbeen. Er kan pijn, roodheid en lichte zwelling optreden.
De behandeling bestaat uit relatieve rust en het gebruik van schokabsorberende inlegzolen.
Het iliotibiale bandsyndroom
Dit is een typisch overbelastingsletsel bij lopers. Het ontstaat door de repetitieve wrijving van de buitenste band van de knie tegen het bot.
Er ontstaat pijn aan de buitenzijde van de knie tijdens het lopen. In rust verdwijnt de pijn, maar hij komt telkens weer terug bij een nieuwe inspanning.
De behandeling bestaat uit het stoppen van de sportbeoefening tot de klachten verdwenen zijn. Massage en stretchen kan helpen. Bij hardnekkige gevallen worden soms een 3-tal infiltraties met cortisone gegeven, telkens met 2 weken tussentijd. Een chirurgische ingreep is slechts bij hoge uitzondering nodig.
In het volgende filmpje tonen we welke oefeningen kunnen helpen bij het iliotibiale bandsyndroom. De richtlijn gaat verder onder het filmpje.
Sporthernia
Dit letsel bestaat uit het scheuren van peesvezels ter hoogte van de lies.
In het begin ontstaat er pijn in de lies bij snelle bewegingen, bij strekken en bij het belasten van de buikspieren. De pijn kan uitstralen naar de onderbuik, de schaamstreek, de dij, de onderrug, het heiligbeen en de billen. Lokaal zijn er pijngevoelige punten bij druk.
De behandeling bestaat uit rust en revalidatie bij de kinesist. Chronische gevallen worden geopereerd.
Tenniselleboog en golferselleboog
Deze ontstekingen doen zich voor ter hoogte van de aanhechting van de pezen op de elleboog. Ze komen vooral voor bij raket- en gooisporten.
De oorzaak is meestal een overbelasting, maar ook slechte techniek en slecht materiaal, zoals een te dikke grip van het raket, kunnen aan de basis liggen.
In de acute fase wordt aanbevolen om meermaals per dag ijspacks op de elleboog te leggen en de sportbeoefening tijdelijk te stoppen. Na een rustperiode van 2 weken worden stretching en oefentherapie bij de kinesist gestart. Een elleboogbrace kan de aangetaste pees ontlasten. Infiltraties met cortisone helpen goed op de korte termijn, maar de kans op herval neemt erdoor toe. Als er na 6 maanden nog geen beterschap is, kan chirurgie overwogen worden.
Meer weten?
- http://www.gezondsporten.be/homepage.php
- https://www.thuisarts.nl/sportblessure/ik-heb-sportblessure
- https://www.thuisarts.nl/lopersknie/ik-heb-lopersknie
- https://www.thuisarts.nl/tennisarm/ik-heb-tennisarm
- https://www.thuisarts.nl/golfarm/ik-heb-golfarm
- https://www.thuisarts.nl/scheenbeenklachten
- https://www.thuisarts.nl/springersknie/ik-heb-springersknie
- https://www.thuisarts.nl/osgood-schlatter-knie