In het nieuws
In De Standaard van 4 augustus lezen we hoe vrouwelijke profwielrenners, net als hun mannelijke collega’s, gewicht proberen te verliezen voor wedstrijden. In het artikel wordt gewaarschuwd dat een te laag vetpercentage bij vrouwen sneller negatieve gevolgen zou hebben, zoals hormonale problemen, botontkalking en een verminderde immuniteit. Het artikel heeft het over een minimaal vetpercentage van 10-12% lichaamsvet voor vrouwen en 3% voor mannen.
Conclusie
Sporten en bewegen is gezond, zolang je geen roofbouw op je lichaam pleegt om je prestaties te verbeteren. Topsporters balanceren soms op de rand. Het klopt dat een extreem laag vetpercentage voor vrouwen doorgaans gevaarlijker is dan voor mannen. Vrouwen hebben meer vet nodig voor een normale hormoonproductie dan mannen. Het risico op gezondheidsproblemen bij te weinig lichaamsvet is vooral het gevolg van energietekort. Topsporters moeten goed medisch begeleid worden bij tijdelijk vetverlies.
Lees verder »Waar komt dit nieuws vandaan?
Een artikel in De Standaard van 4 augustus 2025 stelt de vraag of een renster van boven de 50 kilogram nog de Tour kan winnen (1). Net als bij de mannen proberen veel wielrensters gewicht (en dus lichaamsvet) te verliezen. Dat doen ze om een hoger vermogen (watt per kilogram) te kunnen trappen. Zo kwamen bij de langste en steilste beklimming tijdens de Tour Femmes drie rensters onder de 50 kg als eerste boven.
Pauline Ferrand-Prévot, de winnares van de etappe, getuigde hoe ze daarvoor een competitiegewicht behaalde dat naar eigen zeggen ‘ongezond laag’ is. Maar ze benadrukte dat ze die vorm enkel voor de Tour behaalde en daarbij goed begeleid werd door haar medisch team.
Inspanningsfysioloog Wim Derave legt in het artikel uit dat lagere vetpercentages bij vrouwen hogere gezondheidsrisico’s inhouden dan bij mannen. Mannen zouden tot minimaal 3% lichaamsvet kunnen gaan, terwijl vrouwen maar tot minimaal 10-12% kunnen zakken zonder in de problemen te komen.
Bron
Hoe moet je dit nieuws interpreteren?
Het klopt dat vrouwen gevoeliger zijn voor lage vetpercentages dan mannen. Maar het is niet eenvoudigweg een kwestie van het percentage lichaamsvet te meten en daar dan boven te blijven. Het is vooral belangrijk om op te letten voor gezondheidsproblemen die kunnen ontstaan door lage vetpercentages. In de sportgeneeskunde bestaan er duidelijke kaders over hoe er omgegaan wordt met vetpercentages, gezondheid en prestaties.
Risico’s bij energietekort door laag vetpercentage
Als je een laag vetpercentage hebt, heb je minder vetreserves. Daardoor kan er sneller een energietekort ontstaan als je te weinig eet. Bij een energietekort houdt een sporter na training structureel te weinig calorieën over voor belangrijke lichaamsfuncties. De Female Athlete Triad is een drieluik van problemen die dan kunnen ontstaan (2):
- lage energiebeschikbaarheid, met of zonder eetstoornis;
- menstruatiestoornissen: onregelmatige menstruatie of menstruatie die uitblijft;
- lage botmineraaldichtheid: zwakkere botten en meer kans op stressbreuken.
Als het energietekort lange tijd blijft aanhouden, krijgen vrouwelijke sporters niet alleen problemen met botten en hormonen, maar heeft het ook een impact op:
- het immuunsysteem;
- de stofwisseling;
- het hart- en vaatstelsel;
- het gemoed van de sporter.
Dat beïnvloedt uiteindelijk de gezondheid en de prestaties van de sporter.
Vaak is de kern van de problemen dus eigenlijk niet het vetpercentage op zich, maar het energietekort dat ermee samengaat.
Minimale vetpercentages bij vrouwen en mannen: 10-12% versus 3%
De lichamelijke vethuishouding is veel complexer bij vrouwen dan bij mannen. Dat betekent dat wat geldt voor mannen, niet zomaar kan worden doorgetrokken naar vrouwen (4).
Vrouwen hebben meer essentieel vet dan mannen. Dat is het vet dat je lichaam nodig heeft om gezond te kunnen werken. Omdat essentieel vet bij vrouwen belangrijk is voor de hormoonregulatie en de vruchtbaarheid, ligt het laagste veilige vetpercentage bij vrouwen hoger dan bij mannen.
De 10-12% bij vrouwen en 3% bij mannen zijn minimale waarden, en dus zeker geen gezonde streefwaarden voor langere tijd. Wie hier lange tijd onder of vlak bij zit, loopt meer risico op gezondheidsproblemen.
Er is veel verschil van persoon tot persoon. Sommige vrouwen menstrueren al niet meer normaal met 18% lichaamsvet, andere wel.
Waarom leidt te weinig lichaamsvet tot problemen?
Om na te gaan of het gewichtsverlies een ongezonde richting uitgaat, wordt naar de Female Athlete Triad (zie eerder) gekeken:
- Hormonale stoornissen (met impact op botten en vruchtbaarheid): Vetweefsel maakt hormonen aan die het brein laten weten dat er genoeg energie is. Bij te weinig vetreserves of te weinig eten daalt dat signaal. De hersenen draaien de hormoonaansturing dan terug:
- Bij vrouwen zakt oestrogeen.
- Daardoor wordt de menstruatie onregelmatig, of stopt volledig (amenorroe).
- De botopbouw neemt af, terwijl botafbraak toeneemt. Dat kan stressfracturen als gevolg hebben, en op termijn botontkalking (osteoporose) (5).
- Bij mannen kan het testosteron dalen. Maar dat gebeurt gemiddeld minder snel en minder vaak
- Bij vrouwen zakt oestrogeen.
- Weerstand en herstel: Bij te weinig lichaamsvet raakt de afweer ontregeld. Daardoor:
- worden sporters sneller ziek;
- herstellen sporters trager van trainingen en blessures.
- Prestaties: Als een sporter tijdelijk lichter wordt, kan dat diens prestaties tijdens het klimmen verbeteren. Maar een tekort aan energiereserves tast spieropbouw, vermogen en trainingskwaliteit aan. Een voordeel kan dus snel omslaan in een nadeel.
Hoe verlies je veilig gewicht bij topsport?
|
Conclusie
Sporten en bewegen is gezond, zolang je geen roofbouw op je lichaam pleegt om je prestaties te verbeteren. Topsporters balanceren soms op de rand. Het klopt dat een extreem laag vetpercentage voor vrouwen doorgaans gevaarlijker is dan voor mannen. Vrouwen hebben meer vet nodig voor een normale hormoonproductie dan mannen. Het risico op gezondheidsproblemen bij te weinig lichaamsvet is vooral het gevolg van energietekort. Topsporters moeten goed medisch begeleid worden bij tijdelijk vetverlies.
Referenties
- (2) De Souza MJ, Nattiv A, Joy E, et al; Expert Panel. 2014 Female Athlete Triad Coalition Consensus Statement on Treatment and Return to Play of the Female Athlete Triad: 1st International Conference held in San Francisco, California, May 2012 and 2nd International Conference held in Indianapolis, Indiana, May 2013. Br J Sports Med 2014;48(4):289.
- (3) Mountjoy M, Sundgot-Borgen J, Burke L, et al. The IOC consensus statement: beyond the Female Athlete Triad--Relative Energy Deficiency in Sport (RED-S). Br J Sports Med 2014;48(7):491-497.
- (4) Vogel JA, Friedl KE. Body fat assessment in women. Special considerations. Sports Med 1992;13(4):245-69.
- (5) Loucks AB, Thuma JR. Luteinizing hormone pulsatility is disrupted at a threshold of energy availability in regularly menstruating women. J Clin Endocrinol Metab 2003;88(1):297-311.