Wat is het?
Overmatig alcoholgebruik is, na roken en hoge bloeddruk, de derde belangrijkste risicofactor voor ziekte en voortijdige dood. Er is niet alleen het risico op verslaving, maar tevens op een zestigtal gezondheidsproblemen en op sociale schade. De gevolgen van overmatig alcoholgebruik hebben niet alleen invloed op de persoon zelf, maar brengen ook een hoge maatschappelijke kost met zich mee. Het is daarom belangrijk om problematisch alcoholgebruik tijdig op te sporen en onder controle te krijgen. De huisarts kan hierin een belangrijke rol spelen.
De wereldgezondheidsorganisatie (WGO) heeft bepaalde grenswaarden vastgelegd voor volwassenen vanaf 18 jaar. Men maakt een onderscheid tussen occasioneel overmatig alcoholgebruik (in het weekend, op feesten,…) en langdurig overmatig alcoholgebruik, waarbij je dagelijks te veel drinkt.
Bij wie spoort de arts problematisch alcoholgebruik op?
Problematisch alcoholgebruik wordt vaak ontkend of geminimaliseerd. Daarom zal de huisarts oog hebben voor signalen die op misbruik kunnen wijzen, zoals:
- psychische of sociale problemen, gecombineerd met slaapproblemen;
- veelvuldig gebruik van en vraag naar kalmeermiddelen en/of slaappillen;
- het samen voorkomen van diverse lichamelijke klachten;
- bij veelvuldig consulteren met een wisselend en onduidelijk klachtenpatroon.
Uiteraard doet hij dit ook op vraag van de patiënt zelf of van zijn familie.
Hoe spoort de arts problematisch alcoholgebruik op?
De arts zal de persoon bij wie hij een alcoholprobleem vermoedt, al dan niet schriftelijk enkele screeningsvragen stellen:
- Hoe vaak drink je alcohol?
- Als je drinkt, hoeveel standaardglazen drink je dan gewoonlijk bij één enkele gelegenheid? Een standaardglas bevat 10 gram pure alcohol; dat komt overeen met 250 ml bier van 5 graden, 100 ml wijn van 12 graden of 30 ml sterke drank van 40 graden.
- Hoe vaak gebeurt het dat je zes of meer standaardglazen drinkt bij één enkele gelegenheid?
Op basis van de antwoorden wordt een score toegekend. Deze score bepaalt of de arts je verder gaat bevragen.
Wat zijn aanvaardbare hoeveelheden?
Als algemene regel kunnen we stellen dat het drinken van 21 eenheden alcohol per week voor mannen, en 14 voor vrouwen de maximale aanvaardbare hoeveelheid is. Daarnaast beveelt men aan om nooit meer dan 5 eenheden per keer te drinken voor mannen, en nooit meer dan 3 per keer voor vrouwen. Men geeft bovendien het advies om elke week minstens 2 volledig alcoholvrije dagen in te lassen. Ouderen, die kwetsbaarder zijn en gemakkelijker vallen, drinken beter kleinere hoeveelheden.
Wat kan je arts doen?
Op basis van je score op de vragenlijst zal de arts met jou een gesprek hebben en aangeven of je alcoholgebruik aanvaardbaar is of eerder problematisch. In het laatste geval maakt hij met jou afspraken om het gebruik te verminderen tot aanvaardbare hoeveelheden. Hij legt je uit wat de mogelijke gevolgen zijn van overdreven alcoholgebruik voor je gezondheid. Er wordt een controleafspraak vastgelegd om te zien of het lukt.
Indien uit je score blijkt dat je afhankelijk bent van alcohol, zal de arts je doorverwijzen voor specialistische hulp. Soms is een opname nodig voor een ontwenningsprogramma.
Wie wordt doorverwezen?
In bepaalde gevallen stuurt de arts de persoon door naar een specialist of een gespecialiseerd centrum; dat is het geval bij:
- mensen met alcoholafhankelijkheid;
- personen die naast hun drankprobleem ook psychiatrische problemen hebben;
- personen met ernstige lichamelijke aandoeningen;
- mensen die er ondanks de hulp van de huisarts niet in slagen om hun drankgedrag onder controle te krijgen;
- personen die er zelf om vragen.
Bronnen
- www.ebpnet.be
- Michels J, Hoeck S, Dom G, Goossens M, Van Hal G, Van Royen P. Problematisch alcoholgebruik: aanpak door de huisarts. Huisarts Nu 2011;40:S137-S160.