Wat is het?
We spreken van een voedselallergie wanneer voedingsmiddelen of -ingrediënten zoals kleurstoffen en bewaarmiddelen allergische symptomen uitlokken. Bij een allergische reactie maakt het lichaam een abnormale hoeveelheid afweerstoffen aan tegen deze producten.
De meest voorkomende voedingsmiddelen die ernstige reacties kunnen uitlokken zijn noten, zaden, groenten en fruit, maar ook melk en tarwe. Sommige geneesmiddelen, zoals ontstekingsremmers en middelen tegen hoge bloeddruk, en alcohol kunnen een rol spelen bij de ontwikkeling van een allergische reactie op voedsel.
Mensen met een allergie aan stuifmeel of pollen hebben een grotere kans om ook allergisch te reageren op voedingsmiddelen. Dit komt omdat zowel het voedingsmiddel als het stuifmeel eiwitten bevatten die met elkaar verwant zijn. Dit fenomeen noemen we kruisallergie. Zo heeft iemand met een allergie voor berkenstuifmeel (berkenpollenallergie) een grotere kans om ook allergisch te zijn aan fruit, knolgewassen, peulvruchten en noten.
Hoe vaak komt het voor?
Van alle volwassenen heeft 3 tot 4% een voedselallergie. Uit studies blijkt dat 20% van de mensen bepaalde voedingsmiddelen vermijden, omdat ze er klachten van ondervinden. Dit betekent echter niet altijd dat ze een allergie hebben. In die gevallen spreekt men van een pseudoallergie.
De meeste mensen hebben al klachten sinds hun kindertijd, maar een allergie kan ook op volwassen leeftijd beginnen.
Hoe kun je het herkennen?
Een voedselallergie kan zowel plaatselijke als algemene klachten uitlokken. Het oraal allergiesyndroom (OAS) komt vaak voor. Het eten van rauwe groenten en fruit veroorzaken jeuk in de mond en soms ook zwelling van de keel. Vooral mensen die ook allergisch zijn voor bomen (berken) hebben er last van.
Daarnaast staan vaak maagdarmklachten op de voorgrond zoals misselijkheid, braken, diarree en buikpijn.
In zeldzame gevallen kan een extreme, levensbedreigende reactie optreden (anafylactische shock) met daling van de bloeddruk, ademhalingsmoeilijkheden en een jeukende huiduitslag. Soms ontstaat zo’n reactie door de combinatie van een voedselallergie en lichaamsbeweging. De reactie treedt dan enkel op als je binnen de 4 uur na de voedselinname een fysieke inspanning doet.
Reeds bestaande, andere allergische symptomen kunnen dan ook verergeren, zoals astma, hooikoorts of huiduitslag (eczeem).
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Je arts zal eerst en vooral zeer nauwkeurig navragen welke voedingsmiddelen de klachten uitlokken, welke klachten je hebt en hoe erg die zijn, na hoeveel tijd ze optreden en hoe lang ze duren. Hij zal ook nagaan of je andere allergieën hebt, en of allergie in de familie voorkomt.
Het belangrijkste bijkomend onderzoek is de huidpriktest. Druppeltjes vloeistof die een verdacht voedingsmiddel bevatten, worden op de huid aangebracht. Met een fijn naaldje wordt de huid doorheen de druppel aangeprikt. Bij allergie verschijnt na ongeveer 15 minuten een rode, soms jeukende zwelling (kwaddel). Is deze test niet beschikbaar, dan zal een bloedonderzoek gebeuren met bepaling van specifieke afweerstoffen tegen de verdachte voedingsmiddelen. Bij vermoeden van een kruisallergie, word je ook getest op pollenallergie.
Het is mogelijk dat je op een test reageert, terwijl je bij het eten van het geteste voedingsmiddel geen klachten hebt. Dan spreken we over een niet-significante allergie. Dit betekent dat je wel allergisch bent, maar dat dit geen belang heeft voor je dieet. Je mag het voedingsmiddel in kwestie dus gerust eten.
Wat kun je zelf doen?
Vermijd voedsel dat klachten uitlokt. Het kan nuttig zijn om een tijd lang te noteren wat je allemaal gegeten hebt om te weten te komen welk ingrediënt bij jou problemen geeft. Als de symptomen ernstig zijn of als je niet weet waarvoor je allergisch bent, laat je dan best eerst testen. Bepaalde voedingsbestanddelen niet kunnen verdragen, is immers lang niet altijd allergie. Een prikkelbare darm of het moeilijk verdragen van lactose of gluten kunnen bijvoorbeeld hetzelfde soort symptomen uitlokken, terwijl er geen sprake is van een allergie.
Wat kan je arts doen?
Als niet bekend is welk voedingsmiddel de klachten uitlokt en de symptomen niet al te ernstig zijn, stelt de arts soms een eliminatiedieet voor. Een aantal voedingsmiddelen worden dan weggelaten uit het dieet. Verdwijnen de klachten hiermee, dan worden ze één voor één opnieuw toegevoegd aan de voeding. Het product waarbij de klachten opnieuw optreden, is waarschijnlijk de boosdoener.
Bij lichte vormen van allergie kan je arts een anti-allergisch geneesmiddel voorschrijven. Bij ernstige symptomen geeft de arts soms een eenmalige dosis cortisone of een korte cortisonekuur.
Mensen die ooit een levensbedreigende ernstige reactie hebben gehad (anafylactische shock), moeten steeds een adrenalinespuit (Epipen@) bij zich hebben. Daarmee kunnen zij zich inspuiten mocht de situatie zich opnieuw voordoen. De apotheker zal uitleggen hoe het werkt. Je arts zal ook met je overleggen of een behandeling voor een gelijktijdig bestaande pollenallergie nuttig kan zijn.
Meer weten?
- https://www.thuisarts.nl/voedselovergevoeligheid
- https://www.voedselallergie.nl/
- https://www.health.belgium.be/nl/voeding/voedselveiligheid/voedingsallergien-intoleranties/wat-een-voedingsallergie-intolerantie