Wat is het?
Urineonderzoek bij kinderen kan gedaan worden om verschillende redenen:
- een urineweginfectie (bijv. blaasontsteking, nierontsteking) opsporen,
- een nierziekte aantonen,
- als hulp bij de diagnose van algemene ziekten zoals bijv. suikerziekte (diabetes mellitus).
Er kan een eerste oriënterend onderzoek gebeuren door middel van een urinestick die wordt ingebracht in de urine. Hiermee kan men de aanwezigheid van rode en witte bloedcellen, suiker (glucose), eiwitten en nitriet testen. Als dit eerste onderzoek afwijkend is, moet een microscopisch onderzoek en een kwantitatieve bepaling van het eiwit gebeuren. Hiervoor wordt het urinestaal meestal opgestuurd naar een labo.
Wanneer wordt een urineonderzoek uitgevoerd?
In volgende gevallen wordt de urine steeds onderzocht:
- abnormale dorst;
- veelvuldig plassen (polyurie);
- pijn of een branderig gevoel bij het plassen;
- urine met een abnormale kleur of geur;
- schuimende urine;
- tekenen van een onderliggende nierziekte, zoals een afwijkende niertest in het bloed;
- vochtophoping (oedeem);
- hoge bloeddruk;
- puntvormige bloedingen in de huid;
- onverklaarbare, terugkerende koorts bij een zuigeling.
Hoe een urinestaal opvangen?
Verzamel een goed en vers staal urine. Probeer hierbij te vermijden dat huidbacteriën in het staaltje terechtkomen. Bij kleine kinderen kleeft men soms een plaszakje op de huid. Bij oudere kinderen kan het staal afgenomen worden terwijl het kind op het toilet zit.
- Reinig steeds eerst de geslachtsdelen,
- laat je kind starten met plassen in het toilet,
- laat het pas na enkele seconden in het staalpotje plassen;
- hierbij wordt het middelste deel van de urine opgevangen.
Als er geen correct staal afgenomen kan worden en het onderzoek is erg belangrijk, dan kan de arts eenmalig urine verzamelen via een sonde (flexibel buisje). Dit gebeurt meestal in het ziekenhuis.
Abnormale bevindingen
Een overmatige hoeveelheid eiwitten in de urine (proteïnurie)
Dit kan onschuldig zijn en uitgelokt worden door:
- fysieke inspanning,
- koorts,
- een stoornis in de nierfilters.
Afhankelijk van de hoeveelheid eiwit die verloren gaat via de urine, kan er een eiwittekort ontstaan in het bloed. Hierdoor kan vocht ophopen (oedeem), vooral in de benen en rond de ogen.
Een overmatige hoeveelheid rode bloedcellen in de urine (hematurie)
Dit kan veroorzaakt worden door:
- een nieraandoening,
- beschadiging van het slijmvlies van de blaas, urineleiders of plasbuis, of
- beschadiging van de huid in de schaamstreek.
We onderscheiden twee soorten hematurie:
- microscopische hematurie, waarbij het aantal rode bloedcellen in de urine zo klein is dat het niet zichtbaar is met het blote oog;
- macroscopische hematurie, waarbij het aantal rode bloedcellen zo groot is dat de urine donker of rood kleurt.
Een overmatige hoeveelheid witte bloedcellen in de urine (pyurie)
De meest voorkomende oorzaak van pyurie is een urineweginfectie, meestal van de blaas. Nierinfecties zijn gelukkig zeldzamer. Infecties moeten steeds bevestigd worden door een kweek van de oorzakelijke bacterie uit het urinestaal.
Meer weten?
Correct urine opvangen bij een kind: https://www.uzgent.be//nl/home/Lists/PDFs%20patienteninformatiefolders/Midstream%20urine%20opvangen.pdf