Wat is het?
Veel kinderen klagen al eens over buikpijn, zonder dat er een ernstige ziekte aan de basis ligt. Meestal is de buikpijn te wijten aan een darminfectie, maar ook andere aandoeningen zoals een longontsteking of nierziekte kunnen buikpijn geven. Het is soms erg moeilijk om goed te weten te komen wat de klachten van het kind precies zijn. Het stellen van de diagnose is dan niet zo eenvoudig.
De meest voorkomende oorzaken van buikpijn bij kinderen volgens leeftijd zijn:
- 0-2 jaar: vernauwing van de maaguitgang, maag-darmontsteking, ingeklemde lies- of navelbreuk, ineenschuiven van de darmlissen, gedraaide teelbal, middenoorontsteking, urineweginfecties.
- 3-11 jaar: appendicitis, ontstoken klieren in de buik, maag-darmontsteking, obstipatie, infectie van longen, sinussen, amandelen of urinewegen. Soms wordt ook helemaal geen oorzaak gevonden.
- ouder dan 11 jaar: appendicitis, maag-darmontsteking, ontsteking en cysten van de eierstokken, urineweginfecties.
Hoe kan je het herkennen?
Infecties van maag en/of darm gaan meestal gepaard met diarree, braken, koorts en weinig eetlust. Soms zijn er tekenen van uitdroging zoals een droge tong, diepliggende ogen en verlies van elasticiteit van de huid. Het kind kan zich ook ziek gedragen.
Een vernauwing van de maaguitgang ontwikkelt zich geleidelijk vanaf de tweede levensweek. Door de vernauwing passeert het voedsel niet of nauwelijks van de maag naar de darm. Het voornaamste symptoom is ‘projectiel braken’ na de voeding, waarbij het voedsel met kracht, in een straal, wordt uitgebraakt.
Bij het ineenschuiven van darmlussen ontstaan krampachtige pijnaanvallen. Tussendoor heeft het kind geen klachten. De stoelgang is bloederig en waterig (diarree) en ziet eruit als 'vleesnat'. Soms voelt men een langwerpige, worstachtige massa in de buik.
Ingeklemde lies- of navelbreuken komen meestal voor vóór de leeftijd van 6 maanden. Het kind heeft pijn, braakt en is geobstipeerd. In de lies zie je een gevoelige, harde zwelling, die je niet kan wegdrukken.
Bij aandoeningen van de teelbal ontstaat meestal zwelling en pijn langs de aangedane zijde. Bij een gedraaide teelbal wordt de bloedtoevoer afgesloten. De teelbal kan opgetrokken zijn tot in het lieskanaal. Je vindt dan slechts één teelbal terug in het balzakje.
Bij acute appendicitis is het eerste symptoom meestal pijn in de navelstreek. Daarna verplaatst de pijn zich naar rechtsonder in de buik, en neemt geleidelijk toe. De pijn kan uitgelokt worden door bewegen en springen. Na enige tijd moet het kind ook braken. Diarree komt niet zo veel voor en is dan meestal beperkt. Op de buik drukken en plots loslaten is pijnlijk. De buik kan ook hard aanvoelen.
Bij acute obstipatie kan hevige pijn ontstaan, meestal in het midden van de buik. Het kind maakt dan soms geen stoelgang meer.
Bij een kind met buikpijn en tekenen van een infectie (hoesten, oorpijn, pijn bij het plassen…) is die infectie meestal ook de oorzaak van de buikpijn.
Bij meisjes die al seksueel actief zijn kan er bij plots opkomende buikpijn sprake zijn van een ontsteking van de eierstok, een seksueel overdraagbare aandoening (soa) of een buitenbaarmoederlijke zwangerschap.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
De arts zal vragen stellen over hoe de buikpijnklachten zijn ontstaan en hoe ze verlopen. Hij onderzoekt het kind volledig, niet alleen de buik, maar ook de longen, neus, keel en oren, en gaat na of de klieren gezwollen zijn.
Eventueel doet hij een inwendig onderzoek van de anus met de vinger (PPA).
Is de diagnose dan nog niet duidelijk, dan kunnen een stoelgangkweek, urineonderzoek en bloedonderzoek nodig zijn.
Bij vermoeden van een ernstige aandoening word je verwezen naar een spoedafdeling voor verdere onderzoeken en behandeling.
Wat kan je zelf doen?
Meestal kan je gewoon afwachten, zeker als het kind geen koorts maakt.
Geef het liefst geen laxeermiddelen of sterke pijnstillers, want die kunnen de diagnose bemoeilijken.
Geef het kind bij diarree voldoende te drinken, bij voorkeur water met ORS-poeder (Oral Rehydration Solution), 1 zakje per halve liter water. ORS bevat zouten en suiker, wat de vochtopname verbetert.
In geval van toename van de pijn en optreden van andere symptomen zoals braken en koorts, raadpleeg je best je arts.
Wat kan je arts doen?
De arts maakt in de eerste plaats een onderscheid tussen aandoeningen die hij zelf kan behandelen en aandoeningen die een dringende chirurgische ingreep vereisen.
Aangezien virusinfecties vanzelf genezen, schrijft hij alleen middelen voor die de klachten onder controle brengen.
Bij infecties door bacteriën zijn soms antibiotica nodig.
Bij onvoldoende verbetering met de voorgeschreven behandeling, word je altijd verwezen naar het ziekenhuis.