Wat is het?
Difterie of kroep is een uiterst zeldzame, maar ernstige en besmettelijke infectieziekte. Ze wordt veroorzaakt door een bacterie; de klassieke verwekker is Corynebacterie diphteriae, maar tegenwoordig vinden we ook regelmatig Corynebacterie Ulcerans terug. Deze bacteriën produceren gifstoffen (toxines) die de bovenste luchtwegen en soms ook het hart, het zenuwstelsel en de nieren beschadigen. Besmetting door de C. diphteriae gebeurt van mens op mens via speeksel, slijm uit de neus of aanraking van een wonde van een besmet persoon. C. ulcerans wordt voornamelijk van dieren op mensen overgebracht, vooral runderen en paarden.
Hoe vaak komt het voor?
Vroeger stierven er veel kinderen en ouderen aan kroep. In 1923 ontdekte men een vaccin en in 1959 startte de Belgische overheid met een vaccinatieprogramma tegen difterie. Hierdoor is de ziekte bij ons zeldzaam geworden. Toch is het belangrijk om waakzaam te blijven. In 2016 overleed in België nog een niet-gevaccineerde kleuter aan de gevolgen van difterie. Tussen 2009 en 2014 werden in Europa 142 gevallen gerapporteerd, waarvan de meesten in Wit-Rusland, Rusland, Oekraïne en Letland. Als de ziekte opduikt, is het vaak in de vorm van een epidemie bij niet-ingeënte personen. Wereldwijd komen meer dan 85% van de gevallen uit Zuidoost-Azië, met als twee belangrijkste landen India en Indonesië.
Hoe kun je het herkennen?
Ben je besmet, dan word je binnen de 1 tot 7 dagen na contact met een difteriepatiënt ziek. De tijd die verloopt tussen de besmetting en de eerste ziektetekenen noemen we de incubatieperiode.
In de eerste fase van de ziekte heb je vooral plaatselijke symptomen, meestal in de keel (keeldifterie). De amandelen en de slijmvliezen van de keel zwellen op en zijn bedekt met grijze of donkere slijmerige vliezen. Bij kindjes kan de zwelling zo erg zijn dat ze moeilijker kunnen ademen (larynxdifterie of kroep). Het inademen gaat dan gepaard met een gierend geluid. Behalve keelpijn, kun je ook last hebben van koorts (meestal minder dan 39°C), misselijkheid, braken, bloederig slijm uit de neus (neusdifterie) en huidzweren (huiddifterie).
De gifstof die door de bacterie wordt aangemaakt, kan na 1 à 2 weken ook andere lichamelijke klachten veroorzaken: hartontsteking, hartritmestoornissen en zenuwontsteking met verlammingen. Deze complicaties kunnen dodelijk zijn: 3 tot 12% van de niet-gevaccineerde personen die de ziekte doormaken, sterft eraan. Iemand met kroep die ernstige complicaties overleeft, herstelt meestal zonder restletsels. Zijn er toch restletsels, dan gaat het meestal om hartfalen. Sommige mensen zijn besmet met de difteriebacterie, maar worden niet ziek. Zij zijn asymptomatisch drager, maar kunnen de besmetting wel doorgeven aan anderen.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Vermoedt de huisarts dat je aan difterie lijdt, dan zal hij een staal afnemen van het slijm in de keel en naar het labo sturen. Daar gebeurt een kweek en checkt men of de difteriebacterie al dan niet aanwezig is.
Wat kun je zelf doen?
Gevaccineerde personen kunnen nog wel besmet worden, maar kunnen geen keeldifterie of kroep meer ontwikkelen. Huiddifterie kan wel nog voorkomen, vooral bij daklozen of in tropische streken. Het aantal sterfgevallen bij gevaccineerde personen ligt zéér laag. Zorg daarom dat je vaccinatie in orde is. Dat is het enige dat je kunt doen om jezelf te beschermen. Daarnaast is het belangrijk om je kinderen te laten vaccineren volgens het aanbevolen schema. Dat gebeurt standaard door Kind & Gezin, maar kan ook via de huisarts. De overheid stelt de vaccins gratis ter beschikking. Vanaf de leeftijd van 30 jaar moet elke 10 jaar een herhalingsvaccin worden toegediend. Het vaccin dat hiervoor in België gebruikt wordt, is een combinatievaccin tegen difterie, kinkhoest en tetanus (Triaxis®). Iemand die nog niet eerder gevaccineerd werd en naar gebieden reist waar difterie nog veel voorkomt, moet het hele schema van 3 injecties doorlopen om beschermd te zijn tegen difterie.
Wat kan je arts doen?
Je arts schat in of het om difterie gaat of niet. Hiervoor vraagt hij of je 1 tot 7 dagen voor het begin van de klachten in een land bent geweest waar difterie veel voorkomt. Indien je erg ziek bent, is het belangrijk dat je snel naar het ziekenhuis wordt gebracht voor behandeling en isolatie. Naast antibiotica, in het begin via een infuus. Bovendien wordt bewaakt dat de luchtwegen vrij blijven en er zeker geen verstikkingsgevaar is. Zo nodig dient men zuurstof toe. Naast tegengif kunnen cortisone en hartmedicatie als ondersteunende medicijnen gebruikt worden. Isolatie is noodzakelijk om verdere besmetting te voorkomen. Men mag het ziekenhuis pas verlaten als er na minstens twee controles geen difteriebacteriën meer aanwezig zijn in het keel- en neusslijmvlies.
Asymptomatische dragers van difterie worden omwille van de risico’s sowieso behandeld met antibiotica. Dat kan gewoon thuis gebeuren.
Artsen zijn verplicht om aan de bevoegde instanties te melden wanneer iemand difterie heeft.
Meer weten?
https://www.zorg-en-gezondheid.be/difterie-kroep
Bronnen
www.ebpnet.be