Wat is het?
De reukzin is het herkennen van geuren. In de neus zitten speciale cellen die gevoelig zijn voor geuren en ze opnemen. Die geurprikkels worden langs de reukzenuwen naar de hersenen geleid. Daar worden ze omgezet in geurgewaarwordingen.
Stoornissen van de reukzin kunnen we onderverdelen in twee categorieën: geleidings- en perceptiestoornissen.
Bij geleidingsstoornissen kun je de geur niet waarnemen door een obstructie in de neus.
Bij een perceptiestoornis ligt het probleem ter hoogte van de zenuwen die van de neus naar de hersenen lopen of in de hersenen zelf.
De meeste voorkomende oorzaken van reukzinstoornissen zijn:
- een virale infectie: deze kan zowel zwelling van het slijmvlies veroorzaken (geleidingsstoornis) als de reukzenuwen beschadigen (perceptiestoornis);
- zwelling van het neusslijmvlies door andere oorzaken, bv.: allergie, neuspoliepen, problemen met het neustussenschot, tumoren en dergelijke;
- hoofdtrauma: vooral bij een slag op de achterkant van het hoofd kunnen de reukcentra in de hersenen beschadigd geraken;
- de leeftijd: de gevoeligheid voor geuren neemt af met het ouder worden;
- systeemziekten (bv. syndroom van Cushing), psychiatrische aandoeningen (bv. depressie) of neurologische ziekten (bv. ziekte van Alzheimer);
- meer zeldzame oorzaken zijn medicatie (bv. amfetamines), toxische stoffen (bv. chloor), een hersentumor of aangeboren gebrek aan reukzin (syndroom van Kallmann);
- in een kwart van de gevallen wordt geen oorzaak gevonden voor het reukverlies.
Hoe vaak komt het voor?
Eén op 4 mensen ouder dan 53 jaar heeft in bepaalde mate reukverlies. Bij 20 tot 40% is de oorzaak een virale bovenste luchtweginfectie, bij 20 tot 30% een neus- en/of sinusprobleem en bij 10 tot 20% een schedeltrauma.
Hoe kan je het herkennen?
De reukzin heeft een grote invloed op de smaakbeleving. Voor je opmerkt dat je minder goed ruikt, zal het je vaak al opgevallen zijn dat je eten minder smaak heeft.
We maken een onderscheid tussen het volledig ontbreken van de reukzin, een verminderde reukzin, toegenomen gevoeligheid voor geuren en verstoorde reukzin. In het laatste geval ruik je bijvoorbeeld bepaalde geuren niet meer, of neem je geuren waar die zeer onaangenaam zijn of geuren die er niet zijn.
Verlies van de reukzin met het ouder worden gebeurt zo geleidelijk dat slechts weinig mensen zich hiervan bewust zijn.
Bij zwelling van het neusslijmvlies zit de neus verstopt en adem je door de mond. Na ontzwelling door gebruik van een neusspray of druppels komt de reukzin dikwijls terug. Het reukverlies gaat ook vaak op en af: nu eens wat meer, dan weer wat minder.
Na een hoofdtrauma is het reukverlies meestal blijvend. Bij neurologische ziekten en bij systeemziekten heb je natuurlijk ook de symptomen van die ziekten.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Je arts vraagt je eerst hoe de klachten precies zijn begonnen en hoe ze zijn geëvolueerd: heb je last gehad van een luchtweginfectie? Is de reukzin volledig of slechts gedeeltelijk verdwenen? Heb je een ongeval gehad? Rook je?
Vervolgens onderzoekt hij het neus-keel-oorgebied grondig met behulp van een neusendoscoop, een instrument om binnenin de neus te kijken. Hij controleert of de neus normaal gebouwd en goed doorgankelijk is, en of er tekenen zijn van neuspoliepen of chronische sinusitis. Infecties in de mondholte kunnen vieze geuren veroorzaken. Daarom gebeurt ook een grondig nazicht van de mond en de keel.
Vindt de arts geen oorzaak voor de reukstoornis, dan word je verwezen naar de neus-keel-oorarts voor verder onderzoek.
De mate van reukverlies kan op 3 manieren nagegaan worden: via identificatietests (waarbij je testgeuren moet proberen te herkennen), drempelwaardetests (meet de minimaal waarneembare concentratie die nodig is om een bepaalde geur te ruiken) of discriminatietests (het onderscheiden van verschillende geuren).
Indien nodig vraagt de arts bijkomende beeldvorming aan.
Wat kan je zelf doen?
Merk je dat je reuk- en/of smaakzin verminderd is, contacteer dan je arts. Er kunnen immers verschillende oorzaken aan de basis liggen, dus dat wordt best nagekeken.
Stop met roken, want roken heeft een negatieve invloed op de reukzin.
Wat kan je arts doen?
De behandeling hangt af van de oorzaak.
Een verstopte neus reageert meestal goed op medicatie (bv. cortisoneneusspray) of een operatie (bv bij neuspoliepen, chronische sinusitis of een afwijkend neustussenschot).
Na een virale bovenste luchtweginfectie treedt vaak minstens gedeeltelijk spontaan herstel op. Dat kan wel enkele maanden duren.
Volgens recent onderzoek kan geurtraining het herstel na een infectie aanzienlijk verbeteren en versnellen. Hierbij moet de patiënt tweemaal per dag vier verschillende geuren na elkaar opsnuiven, gedurende minstens zes maanden.
Voor perceptiestoornissen na een hoofdtrauma bestaat er nog geen doeltreffende behandeling; eventueel kan geurtraining hier ook een lichte verbetering brengen.