Wat is het?
Tuberculose (tbc) is een besmettelijke infectieziekte veroorzaakt door Mycobacterium tuberculosis, ook wel de bacil van Koch genoemd. Dat is een bacterie vernoemd naar Robert Koch, de Duitse bacterioloog die ze in 1882 ontdekte. Vroeger werd tbc de tering genoemd, naar het uitgeteerde uitzicht van de sterk vermagerde en ondervoede patiënten.
Verspreiding van tbc
Tbc kan alle weefsels en organen aantasten, maar alleen longtuberculose is besmettelijk. De bacteriën zitten in het slijm dat wordt opgehoest. Als een persoon met longtuberculose de mond niet afdekt bij het hoesten, kunnen kleine vochtdruppeltjes zich verspreiden en door anderen worden ingeademd.
Latente tbc
Niet iedereen die besmet is door de tuberculosebacterie, wordt ziek. Bij 85 tot 90% van de besmette personen is de natuurlijke weerstand voldoende om niet ziek te worden. Ze overwinnen de besmetting dus op eigen kracht. Bij sommigen blijft de bacterie in het lichaam aanwezig, zonder dat ze ziek of besmettelijk zijn voor anderen. We spreken dan van latente tuberculose.
Latente tbc kan echter actief worden wanneer het immuunsysteem van de drager verzwakt. Een aantal risicogroepen zijn hier gevoeliger voor:
- asielzoekers;
- daklozen;
- alcoholverslaafden;
- drugsverslaafden;
- migranten en reizigers afkomstig uit landen waar tbc veel voorkomt;
- gedetineerden;
- personen die in contact zijn geweest met zieken, zoals zorgverleners;
- jonge kinderen;
- adolescenten;
- ouderen;
- mensen met een verzwakt immuunsysteem, zoals personen met hiv;
- personen die geneesmiddelen innemen die het afweersysteem onderdrukken.
Hoe vaak komt het voor?
In 2017 kregen in België 8,6 per 100.000 mensen de diagnose tbc. In Vlaanderen werden dat jaar 386 tuberculosepatiënten gemeld.
De aandoening komt drie keer zo vaak voor In de grootste steden en tien keer zo vaak onder de belangrijkste risicogroepen (dak- en thuislozen, gevangenen, asielzoekers).
Van alle tuberculosebesmettingen komt 95% voor in ontwikkelingslanden.
Hoe kun je het herkennen?
Algemene symptomen
De ziektetekenen kunnen zeer algemeen zijn:
- vermoeidheid;
- lusteloosheid;
- verlies van eetlust;
- gewichtsverlies;
- lichte koorts;
- nachtzweten (in een later stadium)
Soorten tuberculose
- Bij aantasting van de longen ontstaat een aanslepende hoest met pijn bij ademen en ophoesten van bloederig slijm.
- Buiten de longen komt tbc vooral voor in de lymfeklieren, beenderen, het centraal zenuwstelsel en de urinewegen.
- In geval van beendertuberculose zijn vaak een of meerdere wervels aangetast. Dit veroorzaakt toenemende rugpijn.
- Bij darmaantasting kan buikpijn en diarree optreden.
- De lymfeklieren kunnen opzwellen, vooral in hals, oksels en liezen.
- Ter hoogte van het centraal zenuwstelsel kan hersen- en hersenvliesontsteking ontstaan.
- Bij mensen met een sterk verminderde weerstand, zoals aids- en kankerpatiënten, kan de bacterie in de bloedbaan terechtkomen en heel het lichaam aantasten. Dit noemen we miliaire tuberculose. Deze toestand is levensbedreigend.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Tuberculinehuidtest (mantouxtest)
Hoe en bij wie wordt de test uitgevoerd?
Bij deze test wordt een kleine hoeveelheid van een oplossing die een stukje eiwit van de tuberculosebacterie bevat in de huid gespoten. Ben je vroeger besmet geweest, dan zie je een verheven knobbeltje verschijnen rond de inspuitplaats. Een positieve tuberculinetest betekent niet noodzakelijk dat je ziek bent. Bij de meeste mensen die de bacterie hebben ingeademd zal het eigen afweersysteem de besmetting overwinnen.
Belangrijk is de 'tuberculineomslag': dit betekent dat je bij een vorige test negatief reageerde, maar bij de laatste positief, wat wijst op een recente besmetting.
De test gebeurt bij iedereen die in nauw contact is geweest met een persoon met tbc, bijv. kinderen in dezelfde klas, personeel van een instelling met een besmette persoon, collega's ,...
Vals-positieve en vals-negatieve resultaten
De tuberculinehuidtest is niet 100% betrouwbaar.
- Soms geeft hij een vals-positief resultaat. Dan ontstaat er een knobbel zonder dat er sprake is van tuberculose. Iemand die gevaccineerd werd met het BCG-vaccin kan een vals-positieve reactie op de tuberculinehuidtest vertonen.
- Soms kan de test ook vals-negatief zijn. Dit wil zeggen dat er geen reactie optreedt bij iemand die wel degelijk besmet is.
De tuberculinehuidtest geeft nooit uitsluitsel of een persoon ziek is. Hiervoor moeten nog andere onderzoeken gebeuren. De test dient voornamelijk om een diagnose te ondersteunen.
IGRA-test
Tegenwoordig is er ook de IGRA-test. Deze test gebeurt op een staal bloed en hoeft dus niet in de huid gespoten te worden.
Net zoals de tuberculinehuidtest kan de IGRA-test een actieve tuberculose-infectie niet onderscheiden van een latente infectie.
Onderzoek van opgehoest slijm
Er gebeurt een kleuring en kweek van een staal van het opgehoeste slijm, afgenomen op drie opeenvolgende dagen.
- Met een kleuring zijn de kiemen rechtstreeks zichtbaar onder de microscoop. Het resultaat hiervan is binnen een paar dagen beschikbaar.
- Een kweek bevestigt de diagnose, maar duurt 4 tot 6 weken. Ook van producten zoals bloed, urine, weefselstalen, ruggenmergvocht e.d. kan een kweek gebeuren.
Beeldvormend onderzoek
Radiologisch onderzoek, zoals een röntgenfoto van de longen, wervels, …, kan typische letsels tonen.
Wat kun je zelf doen?
Preventie
Je kunt een besmetting moeilijk voorkomen. Meestal weet je niet dat je contact hebt gehad met een persoon die aan tuberculose lijdt. De mond afdekken tijdens het hoesten vermindert verspreiding van de bacterie in de lucht.
Behandeling
Als je aan tbc lijdt, is het belangrijk dat je alle voorgeschreven geneesmiddelen regelmatig en steeds op hetzelfde tijdstip inneemt en de behandeling niet voortijdig afbreekt. Alle bacteriën moeten uit het lichaam verdwijnen, anders kan je opnieuw ziek worden. Ook bestaat het risico op resistentie: de bacteriën worden ongevoelig voor bepaalde antibiotica. Dit is veel moeilijker te behandelen.
Wat kan je arts doen?
Vaccinatie voor risicogroepen
Er bestaat een vaccin, het BCG-vaccin, dat helaas weinig doeltreffend is en vooral beschermt tegen ernstige complicaties. Vaccinatie wordt daarom voorbehouden voor risicogroepen.
Behandeling
Een persoon met tuberculose kan in principe volledig genezen met antibiotica. Gedurende minstens 6 maanden moet je 3 à 4 geneesmiddelen innemen, zogenaamde tuberculostatica.