Wat is het?
Onder urine-incontinentie verstaan we onvrijwillig verlies van urine. Het heeft vaak een grote impact op de levenskwaliteit. Bovendien is het dikwijls een moeilijk thema om te bespreken. Vrouwen schamen zich erover en verbergen het probleem of durven bijvoorbeeld het huis niet meer uit, uit schrik voor urineverlies.Er bestaan verschillende soorten urine-incontinentie:
- bij urge-incontinentie is er een plotse drang om te plassen (urgency) waardoor je soms te laat op het toilet geraakt.
- bij stressincontinentie kan er wat urineverlies zijn tijdens lichamelijke inspanningen of belasting, en bij verhoogde druk zoals plotse schokken, hoesten, niezen, lachen of persen.
- bij overloopincontinentie kan de blaas niet meer goed geledigd worden (bvb. door uitzetting van de blaas) en loopt ze door de grote druk letterlijk over.
- we spreken van gemengde incontinentie wanneer urge- en stressincontinentie samen voorkomen.
De urine-incontinentie kan het gevolg zijn van een aandoening van de blaas (ontstekingen, tumoren, stenen…) of een stoornis in de bezenuwing van de blaas (MS, ziekte van Parkinson…). Ook hormonenveranderingen na de menopauze en bijwerkingen van geneesmiddelen (plaspillen) kunnen een rol spelen.
Hoe vaak komt het voor?
Ongeveer een kwart van de vrouwen heeft ooit last van urine-incontinentie. Ongewild urineverlies neemt toe met de leeftijd, tot 60% bij vrouwen ouder dan 70 jaar. Van alle volwassenen met urine-continentie, heeft 75% last van stressincontinentie. Urge-incontinentie komt vooral voor bij oudere vrouwen na de menopauze en soms ook bij jonge vrouwen. De gemengde vorm treft doorgaans 70-plussers.Hoe kun je het herkennen?
Bij urge-incontinentie voel je een plots opkomende plasdrang. Je hebt het gevoel dat je absoluut niet kunt wachten, en dat je onmiddellijk naar het toilet moet. Dat kan gepaard gaan met vaak plassen van kleine hoeveelheden (pollakisurie) en met herhaaldelijk nachtelijk plassen (nycturie). In dat geval spreken we van een overactieve blaas.Bij stressincontinentie treedt het urineverlies op tijdens een inspanning (lopen of sporten) en bij drukverhogende handelingen zoals het heffen van een zwaar gewicht of bij plotse schokken als je met de auto over een putje rijdt, of bij hoesten of niezen.
Bij de gemengde vorm heb je de kenmerken van de twee.
Bij overloopincontinentie heb je af en toe urineverlies, ogenschijnlijk zonder reden. Je kunt wel wat drang of pijn in de onderbuik voelen, omdat de blaas gespannen staat.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Voor de arts is het belangrijk om te achterhalen om welke vorm het juist gaat. Dit doet hij aan de hand van vragen: wanneer treedt het ongewild urineverlies op, hoe lang het duurt, welke impact heeft het op het dagelijkse leven,...? Hij bevraagt ook bijkomende risicofactoren, gewichtsveranderingen, bevallingen, rookgedrag, aangeboren ziekten, andere ziekten zoals aandoeningen van het zenuwstelsel of systeemaandoeningen, ingrepen in het verleden,...Daarna verricht hij een lichamelijk onderzoek en eventueel ook een gynaecologisch onderzoek om abnormale zwellingen of verzakking van de blaas te vinden. Urine wordt naar het labo gestuurd om een infectie uit te sluiten.
In volgende gevallen word je naar een specialist verwezen:
- bloed in de urine of vermoeden van een ernstige blaasziekte,
- vermoeden van overloopincontinentie,
- duidelijke blaasverzakking,
- vermoeden van een tumor in het kleine bekken,
- onderliggende neurologische oorzaak,
- incontinentie waarvoor in het verleden al een ingreep gebeurde,
- vermoeden van een verbinding tussen blaas en darm of darm en vagina,
- stressincontinentie die niet reageert op kinesitherapie,
- problemen om de juiste diagnose te stellen.
Wat kun je zelf doen?
Schaam je niet voor dit probleem. Het overkomt immers veel vrouwen en er zijn wel wat oplossingen om de klachten te verlichten.Leefstijlaanpassingen kunnen een positief effect hebben bij stress- en urge-incontinentie. Zo vermindert een gewichtsverlies van 5 à 10% doorgaans de symptomen. Ook oefeningen om de bekkenbodemspieren te versterken, helpen. Vochtbeperking heeft weinig effect. Probeer obstipatie te vermijden. Rookstop is zeer belangrijk. Beperk je alcoholgebruik.
Er bestaat absorberend inlegmateriaal, broekjes, beschermend beddengoed,... Jaarlijks kun je een incontinentieforfait via je huisarts of specialist aanvragen.
Wat kan je arts doen?
Bekkenbodemspiertraining is doeltreffend voor alle soorten urine-incontinentie, maar moet voldoende lang worden volgehouden. Ook incontinentie na een zwangerschap is een indicatie voor bekkenbodemoefeningen.Voor urge-incontinentie kan de arts eventueel elektrische stimulatie van bepaalde zenuwen toepassen, maar ook blaastraining kan helpen. Ook een lokale behandeling met een hormonencrème kan de symptomen verlichten of zelf genezen bij vrouwen na hun menopauze. Er zijn geneesmiddelen (oxybutinine) die de symptomen van urge-incontinentie verlichten, maar zij geven vaak bijwerkingen: droge mond, wazig zicht, obstipatie, lage bloeddruk, cognitieve stoornissen (stoornissen in het functioneren van de hersenen),... . Daarom gaat de arts geregeld na of de voordelen van de medicatie opwegen tegen de nadelen. Daarnaast bestaan er nog een aantal andere, minder gebruikte medicijnen waarvan de werkzaamheid nog niet is aangetoond.
Het antidepressivum duloxetine kan helpen bij stressincontinentie. Maar hiervoor ga eerst ten rade bij een specialist.
Bij geen of onvoldoende effect kan een kleine chirurgische ingreep onder lokale verdoving worden gepland. De effecten ervan op lange termijn zijn zeer goed. Chirurgie helpt echter niet bij loutere urge-incontinentie.
Meer weten?
https://www.thuisarts.nl/urineverlies-bij-vrouwen
http://www.cm.be/ziekte-en-behandeling/klachten-en-ziekten/incontinentie/
http://www.cm.be/binaries/Brochure-bekkenbodemspieren_tcm375-102297.pdf