Wat is het?
Multiple sclerose (MS) is een chronische ziekte van het centrale zenuwstelsel. De naam 'multiple sclerose' verwijst naar de aanwezigheid van meerdere (multipele) sclerotische (litteken)haarden ter hoogte van de myeline in de hersenen en het ruggenmerg, als gevolg van herhaalde en langdurige ontstekingen. Myeline is een soort isolatielaag die rond de zenuwvezels zit en belangrijk is voor de werking en overleving van onze zenuwcellen. De lokale ontstekingen worden uitgelokt door een foutieve werking van het eigen immuunsysteem en gaan gepaard met afbraak van de myeline. MS is dus een auto-immuunziekte. De ziekte leidt in eerste instantie tot een verminderde zenuwgeleiding waardoor signalen vanuit de hersenen en het ruggenmerg niet goed meer doorgegeven worden. Nieuwe ontstekingsletsels veroorzaken opflakkeringen van MS. Ernstige ontstekingsreacties kunnen de zenuwvezels zelf permanent beschadigen.
Tot op heden heeft men geen duidelijke oorzaak gevonden. Er spelen verschillende factoren mee, die op elkaar inwerken. Samen met omgevingsfactoren, erfelijke factoren en wellicht een aantal toevalligheden leidt dit tot MS. De ziekte begint gemiddeld rond de leeftijd van 30 jaar. Voor de puberteit komt de ziekte maar heel zelden voor.
Multiple sclerose wordt, naargelang het verloop van de ziekte, onderverdeeld in 3 categorieën:
- recidiverende en herstellende MS (‘Relapsing-Remitting MS’) is de meest voorkomende vorm van MS, en wordt gekenmerkt door een ziekteverloop met opflakkeringen en verbeteringen. Zeker in het begin van de ziekte is er een goede kans op herstel;
- primair progressieve MS (‘Primary-Progressive MS’) met van in het begin een geleidelijke toename van de klachten, zonder opflakkeringen;
- secundair progressieve MS (‘Secondary-Progressive MS’): ongeveer de helft van de patiënten met een ‘relapsing-remitting MS’ bereikt deze fase na gemiddeld tien jaar. Kenmerkend is dat de toestand dan geleidelijk verergert in de periode tussen de opflakkeringen. Herstel is dan niet meer mogelijk.
Het ziekteverloop van MS is individueel sterk verschillend en relatief onvoorspelbaar. Het is dan ook moeilijk om een prognose te geven. Volgens de huidige schattingen vermindert MS de levensverwachting met ongeveer 7 jaar en is de gemiddelde overlevingsduur 30 jaar.
Hoe vaak komt het voor?
Multiple sclerose is de meest voorkomende chronische ziekte van het zenuwstelsel bij jonge volwassenen. In België lijden naar schatting ongeveer 90 per 100 000 Belgen aan MS. Elk jaar opnieuw krijgen 450 personen de diagnose van MS te horen.
De diagnose wordt meestal gesteld tussen de leeftijd van 20 tot 40 jaar. Multiple sclerose komt twee keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Het voorkomen van MS verschilt ook naargelang de onderzochte bevolkingsgroep; zo hebben mensen uit Scandinavië, Noord-Amerika, Canada en Zuid-Australië een hoger risico op MS.
Broers en zussen van een persoon met MS hebben een 25 maal hoger risico om de ziekte te ontwikkelen.
Hoe kun je het herkennen?
Multiple sclerose wordt gekenmerkt door een variëteit aan symptomen, omdat de ontstekingen in het zenuwstelsel op verschillende plaatsen kunnen plaatsvinden.Enkele vaak voorkomende symptomen zijn:
- oogklachten (bv. wazig zicht in een of beide ogen door ontsteking van de oogzenuw, oogbewegingsbeperkingen, dubbelzien);
- krachtverlies in de ledematen;
- spierspasmen van één of meer ledematen;
- evenwichts- en coördinatiemoeilijkheden;
- gevoelsstoornissen zoals tintelingen, branderigheid of verminderde gevoeligheid;
- blaas- en darmproblemen;
- impotentie;
- duizeligheid en misselijkheid;
- spraakstoornissen (door verlamming van de stembanden);
- slikstoornissen;
- problemen met concentratie, geheugen, informatie verwerken;
- vermoeidheid
- pijn (bij 25% van de personen met MS).
Zowel de symptomen als de ziekte verlopen grillig. Verschillende factoren die het immuunsysteem activeren (zoals infecties, vaccinaties, ingrepen, bevalling, trauma's en stress) verergeren MS.
Hoe stelt je arts de aandoening vast?
Er bestaat geen alleenstaande test waarmee men de diagnose van MS met zekerheid kan bevestigen of uitsluiten. De arts zal op basis van je ziekteverhaal en een neurologisch onderzoek besluiten of er sprake is van MS. Je arts zal je dan doorverwijzen naar een neuroloog.
Onderzoeken die helpen om de diagnose te stellen, zijn:
- MRI-scan: bij dit onderzoek wordt gebruikmaakt van een sterk magneetveld waarmee de hersenen en het ruggenmerg in beeld worden gebracht;
- lumbaalpunctie (ruggenprik): men brengt dan een lange naald in de ruimte onder het ruggenmerg in om een kleine hoeveelheid hersen- en ruggenmergvocht af te nemen. Dit vocht wordt onderzocht op afwijkingen;
- geëvoceerde potentialen: bij dit onderzoek meet men of de signalen door de specifieke zenuwbanen goed worden doorgegeven;
- bloedonderzoek: het bloed wordt vooral onderzocht om andere oorzaken uit te sluiten, want in het bloed kan men niet zien of iemand MS heeft.
Wat kun je zelf doen?
Tot voor kort kregen personen met MS de raad om geen fysieke inspanningen te doen. Men dacht dat dit zou kunnen leiden tot oververmoeidheid of een toename van de klachten. Nochtans hebben wetenschappelijke studies in de afgelopen jaren duidelijk aangetoond dat matige fysieke inspanningen (wandelen, fietsen, zwemmen, yoga...) goed zijn. Ze verminderen de klachten van vermoeidheid, zorgen voor een betere spierkracht, uithouding en prestatievermogen (bvb. langere wandelafstand). Zorg voor een evenwichtige voeding met voldoende inname van vitamine D. Vermijd roken omdat dat het risico op het krijgen én verergeren van MS verhoogt.
Wat kan je arts doen?
Er bestaat geen behandeling met medicatie die MS kan genezen, maar de prognose wordt alsmaar beter. Met een combinatie van medicatie, revalidatie en een aangepaste levensstijl bereikt men de beste resultaten.
Onderhoudsbehandeling
De bij MS gebruikte geneesmiddelen (o.a. interferon bèta, glatirameeracetaat en teriflunomide) remmen de aanvallende immuuncellen af.
Symptoombehandeling
De arts zal je een behandeling geven voor specifieke klachten zoals blaasproblemen, spierspasmen of obstipatie. Hij kan ook kinesitherapie voorschrijven om de bewegingsstoornissen aan te pakken.
Behandeling van opstoten
Cortisone kan de duur van de opstoten inkorten, maar mag niet gebruikt worden wanneer een virale of bacteriële infectie aan de basis ligt van de opstoot. Bij een bacteriële infectie is een agressieve behandeling met antibiotica noodzakelijk. Niet elke opstoot hoeft behandeld te worden. Bij een opstoot krijg je het advies om meer rust te nemen en te wachten totdat het vanzelf beter gaat.
Meer weten?
www.mscenter.be
www.ms-vlaanderen.be
https://www.uzleuven.be/nl/multiple-sclerose-ms
Bronnen